Behringer POLY D Guia De Inicio Rapido página 35

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 20
POLY D Bediening
(NL) Stap 2: Bediening
Toetsenbordgedeelte
(1) TOETSENBORD - het toetsenbord heeft 37
semi-gewogen toetsen van normale grootte.
(2) MOD WIEL - pas de modulatiediepte aan van
uit tot maximaal.
(3) PITCH WIEL - met dit wiel kun je de
toonhoogte verlagen of verhogen.
(4) GLIDE AAN / UIT - dit zet de Glide aan of uit.
(5) LFO-TARIEF - past de frequentie van
de LFO aan.
(6) GOLFVORM - selecteer de LFO-golfvorm uit
een driehoekige of vierkante golf.
(7) TRANSPONEREN - pas het toetsenbord een
octaaf hoger of lager aan.
Controllers Sectie
(8) GELUID (MOD SRC) / LFO - schakelen tussen
Ruis (of externe modulatiebron) of Low
Frequency Oscillator (LFO) als modulatiebron.
(9) OSC4 / FILTER EG - schakel tussen OSC 4 of de
Filter Envelope als modulatiebron.
MODULATIE MIX - pas de modulatiemix
(10)
aan tussen OSC4 / Filter EG en Noise / LFO.
Opmerking: Gebruik het MOD WHEEL om de
modulatiediepte aan te passen.
GLIJDEN - pas de hoeveelheid Glide
(11)
(Portamento) tussen de noten op het
toetsenbord aan.
MODUS - selecteer de synthesizermodus
(12)
uit Monophonic, Unison of Polyphonic.
AUTO DAMP AAN / UIT- wanneer UIT
(13)
en een akkoord wordt gespeeld, zal het
akkoord blijven spelen totdat alle noten
zijn losgelaten, of een nieuwe noot wordt
gespeeld. Als deze is ingeschakeld, blijven
alleen niet-vrijgegeven noten doorspelen;
de anderen zijn gedempt.
AFSTEMMEN - pas de frequentie van
(14)
oscillatoren 1, 2, 3 en 4 aan. (OSC4 wordt niet
beïnvloed als de OSC4 CONTROL-schakelaar
uit staat.)
OSCILLATOR-MODULATIE - wanneer AAN,
(15)
worden de oscillatoren gemoduleerd door de
modulatiemix, ingesteld met de MODULATION
MIX-knop.
Oscillator Bank-sectie
OSC 4-BESTURING - indien AAN, zal de
(16)
frequentie van oscillator 4 variëren met
het toetsenbord. Als deze is uitgeschakeld,
hebben het toetsenbord, het pitchwiel en het
modulatiewiel geen effect op OSC4.
FREQUENTIEBEREIK - kies uit zes
(17)
frequentiebereiken van oscillator 1, 2, 3 of 4.
FREQUENTIE-AANPASSING - pas de
(18)
frequentie van oscillator 2, 3 of 4 aan.
GOLFVORM - selecteer de golfvorm die
(19)
wordt gebruikt voor oscillator 1, 2, 3 of 4 uit:
driehoekig, driehoekig / zaagtand (OSC 1, 2,
3), omgekeerde zaagtand (OSC 4), zaagtand,
vierkant, gemiddelde puls en smalle puls.
Mixer sectie
VOLUME - pas het volume van oscillator 1, 2,
(20)
3 of 4 aan.
AAN UIT - selecteer de bronnen om af te
(21)
spelen van OSC 1, OSC 2, OSC 3, OSC 4, ruis en
externe invoer, of een combinatie van deze 6
bronnen.
GELUID VOLUME - pas het niveau van de
(22)
interne ruisbron aan.
WIT / ROZE - schakel de interne ruisbron van
(23)
roze ruis naar witte ruis.
EXT IN VOLUME - Pas het niveau aan van
(24)
een externe bron die wordt afgespeeld via de
externe ingang.
OVERBELASTING LED - Om overbelasting
(25)
en vervorming te voorkomen, draait u de EXT
IN-volumeregelaar omlaag als deze LED gaat
branden.
VERVAL- indien AAN, zal het signaal
(26)
wegsterven gedurende de tijd die is ingesteld
met de DECAY TIME-knop nadat een noot of
externe trigger is losgelaten. Als hij uit staat,
zal hij onmiddellijk wegsterven nadat een
noot of externe trigger is losgelaten.
TOETSENBORD BEDIENING - deze
(27)
schakelaars variëren het effect van de
toetsenbordtracking, waarbij de filtersectie
wordt beïnvloed door de toonhoogte van de
gespeelde noot.
Schakelaar 1 en 2 UIT - geen toetsenbord-
tracking-effect
Schakel 1 en 2 in - maximaal effect
Quick Start Guide
Schakelaar 1 AAN (alleen) -
1⁄3 van maximaal effect
Schakelaar 2 AAN (alleen) -
2⁄3 van maximaal effect
FILTERMODULATIE - indien AAN, wordt de
(28)
filtersectie gemoduleerd door de modulatiemix,
ingesteld met de MODULATION MIX-knop.
FILTERMODUS - selecteer het filter tussen
(29)
laagdoorlaat of hoogdoorlaat.
BESTURING VAN DE FILTER ENVELOP- deze
(30)
3 knoppen passen de algehele vorm aan die het
filtersectie omhult. De bedieningselementen
beïnvloeden de verandering in de
afsnijfrequentie met de tijd.
AANVAL - pas de tijd aan waarna de
afsnijfrequentie toeneemt vanaf de ingestelde
waarde en de frequentie bereikt die is ingesteld
met de CUTOFF FREQUENCY-regelaar.
VERVALTIJD - pas de tijd aan waarin de
cutoff-frequentie wegsterft naar de sustain-
frequentie nadat de attack-tijd voorbij is.
DUURZAAM - pas de cutoff aan op een
frequentie die wordt aangehouden nadat de
attacktijd en de initiële decaytijd zijn bereikt.
FILTERBESTURING- het filter kan laagdoorlaat
(31)
of hoogdoorlaat zijn, afhankelijk van de
instelling van de FILTER MODE-schakelaar. In de
laagdoorlaatmodus worden audiofrequenties
boven de afsnijfrequentie verzwakt. In de
hoogdoorlaatmodus worden audiofrequenties
onder de afsnijfrequentie verzwakt.
AFGESNEDEN FREQUENTIE - past de
afsnijfrequentie van het filter aan.
FILTER EMPHASIS - past de hoeveelheid
versterking van het volumeniveau
(resonantie) aan die wordt gegeven bij
de afsnijfrequentie.
HOEVEELHEID CONTOUR - past de hoeveelheid
contour van de filterenvelop aan.
35

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido