NL
BE
6
Verwijder lege batterijen per omgaande uit het apparaat en
voer ze op de juiste wijze af!
7
Batterijen niet verhitten!
8
Niet rechtstreeks aan batterijen lassen of solderen!
9
Batterijen niet ontmantelen!
10 Batterijen niet vervormen!
11 Batterijen niet in open vuur gooien!
12 Batterijen buiten bereik van kinderen bewaren.
13 Laat kinderen geen batterijen vervangen zonder er toezicht
op te houden!
14 Bewaar batterijen niet in de buurt van open vuur, kachels of
andere hittebronnen. De batterij niet in direct zonlicht leggen
en deze niet bij heet weer in voertuigen gebruiken of op-
slaan.
15 Ongebruikte batterijen in de originele verpakking bewaren
en weghouden bij metalen voorwerpen. Uitgepakte batterijen
niet mengen of door elkaar gooien! Dit kan tot een kortslui-
ting van de batterij en beschadigingen, verbrandingen en
brandgevaar leiden.
16 Neem de batterijen uit het apparaat, wanneer dit langere tijd
niet worden gebruikt, tenzij het om noodgevallen gaat!
17 Batterijen die zijn uitgelopen, NOOIT zonder adequate be-
scherming vastpakken. Wanneer de uitgelopen vloeistof met
de huid in aanraking komt, zou u de huid op die plek meteen
onder een lopende kraan moeten afspoelen. Voorkom in
ieder geval dat ogen en mond met de vloeistof in aanraking
komen. Gebeurt dat wel, dan dient u per omgaande een arts
op te zoeken.
18 Batterijcontacten en ook de contracontacten reinigen voordat
de batterijen worden ingelegd.
Restrisico's
Dit elektrische gereedschap is gebouwd volgens de
stand van de techniek en de erkende veiligheidstech-
nische regels. Toch kunnen zich bij het werk individu-
ele restrisico's manifesteren.
•
Gezondheidsrisico door stroom bij gebruik van ongeschikte
elektrische aansluitkabels.
•
Bovendien kunnen ondanks alle genomen maatregelen nog
restrisico's bestaan die niet meteen in het oog springen.
•
Restrisico's kunnen worden geminimaliseerd, wanneer de
"veiligheidsaanwijzingen" en het "gebruik voor het beoogde
gebruiksdoel" alsmede de gebruiksaanwijzing volledig in
acht worden genomen.
•
Belast de machine niet onnodig: een te sterke druk bij het za-
gen beschadigt het zaagblad al snel. Dit kan tot verminderde
prestaties van de machine bij de verwerking leiden en de
nauwkeurigheid bij het zagen verminderen.
•
Vermijd toevallige inwerkingstellingen van de machine: wan-
neer de stekker in het stopcontact wordt gestoken, mag de
bedrijfstoets niet ingedrukt zijn/worden.
•
Gebruik de werktuigen die in dit handboek aanbevolen
worden. Zo zorgt u ervoor dat uw zaag optimale prestaties
levert.
•
Houd uw handen uit de buurt van het arbeidsbereik, als het
apparaat in werking is.
•
Schakel het apparaat uit en trek de netstekker uit het stopcon-
tact, voordat u instellingen en onderhoud verricht.
Elektrische aansluiting
De geïnstalleerde elektromotor is bedrijfsklaar aan-
gesloten. De aansluiting voldoet aan de toepasselijke
VDE- en DIN-bepalingen. De netaansluiting bij de
54
klant en de gebruikte verlengsnoeren moeten aan
deze voorschriften voldoen.
•
Het product voldoet aan de eisen van EN 61000-3-11 en er
gelden speciale aansluitingsvoorwaarden. Dit betekent dat
een gebruik aan vrij kiesbare aansluitingspunten niet toege-
staan is.
Het apparaat kan bij ongunstige netomstandigheden tot tijde-
•
lijke spanningsfluctuaties leiden.
De maximaal toegelaten netimpedantie bij het elektrische
•
aansluitpunt van 0,5367 Ohm mag niet worden overschre-
den.
•
U dient als gebruiker veilig te stellen - indien nodig in overleg
met de energieleverancier - dat de continue belastbaarheid
van het stroomnet bij de aansluiting op het openbare net toe-
reikend is voor de aansluiting van dit product.
Belangrijke aanwijzingen
Bij overbelasting van de motor schakelt deze zichzelf uit. Na
een afkoelingsperiode (verschilt qua tijd) laat de motor zich weer
inschakelen.
Defecte elektrische aansluitkabel
Bij stroomkabels doen zich vaak isolatieschades voor.
Oorzaken hiervoor kunnen zijn:
•
Drukpunten, wanneer aansluitkabels door ramen of deurope-
ningen worden gevoerd.
•
Knikpunten door onvakkundige bevestiging of installatie van
de aansluitkabel.
•
Insnijdingen doordat er over de kabel heen wordt gereden.
•
Isolatieschade doordat de kabel uit het stopcontact wordt ge-
trokken.
•
Scheurvorming door veroudering van de isolatie.
Dergelijke beschadigde elektrische kabels mogen niet worden ge-
bruikt en zijn levensgevaarlijk als gevolg van de isolatieschade.
Controleer elektrische kabels regelmatig op schades. Let er bij de
controles op dat de kabel niet op de netstroom is aangesloten.
Elektrische kabels moeten voldoen aan de toepasselijke VDE- en
DIN-bepalingen. Gebruik uitsluitend elektrische kabels met de
markering H05VV-F.
Een opdruk van de typeaanduiding op de aansluitkabel is voor-
geschreven.
•
Wanneer een vervanging van de aansluitkabel
noodzakelijk is, dan moet deze door de fabrikant of zijn
vertegenwoordiger worden uitgevoerd, om veiligheidsrisico's
te voorkomen.
Wisselstroommotor
•
De netspanning moet 230-240 V~ bedragen.
•
Verlengsnoeren tot 25 m lengte moeten een doorsnede van
2,5 mm
3
vertonen.
Aansluitingen en reparaties van de elektrische uitrusting mogen
alleen door een deskundige elektricien worden verricht. Vermeld
bij eventuele aanvragen de volgende gegevens:
•
Stroomtype van de motor
•
Gegevens van de machinetypeplaat
•
Gegevens van de motortypeplaat