4
Gebruik van de machine
De machine vóór het inschakelen optillen. Met de
blokkeerknop (1.2) kan men de schakelaar (1.3)
in de AAN-stand vastzetten.
Alvorens met schuren te beginnen, dient men na
te gaan, of de schuurband goed loopt.
Indien noodzakelijk de schuurband met behulp
van de afstelknop (1.4) zó instellen, dat deze tegen
de buitenkant van het schuurvlak annsluit.
De machine met beide handen rechtstandig op
het te bewerken oppervlak zetten.
Om bij het schuren een goede oppervlakte-
kwaliteit te verkrijgen, geeft het eigengewicht
voldoende schuurdruk.
De naar buiten stromende koellucht kan aan de
hand van de luchtklep (1.1) in de meest gunstige
richting worden afgevoerd.
4.1
Werkzaamheden met het schuurraam
bij type BS 75 E – Set
Machine door middel van kartelschroef (2.4) zó
instellen, dat de schuurband niet schuurt als de
machine op het te bewerken oppervlak wordt
geplaatst.
Om dit schuren op het schuurvlak te verkrijgen
wordt de kartelschroef in de richting van het plus-
teken gedraaid, tot de schuurband gaat werken.
Afhankelijk van de af te schuren laag blijft men
aan de kartelschroef draaien (1 omdraaiing komt
overeen met een hoogteafstelling van 0,4 mm).
Als het schuren wordt onderbroken of beëindigd,
wordt de machine d.m.v. excenterhefboom uit de
werkstand (2.3) in de ruststand (2.2) omhoog-
gehaald.
Als daarna de excenterhefboom weer in de
werkstand wordt teruggebracht, komt opnieuw
de vooraf ingestelde afschuurhoeveelheid tot
stand.
4.2
Verwijderen van het schuurraam
De kartelschroef (2.4) omlaag drukken tot het
gewricht (2.5) uit de veervastzetting springt en de
machine naar achteren er uit getild kan worden.
De machine en het schuurframe zijn reeds
in de fabriek op een optimale nauwkeu-
righeid afgesteld door overeenkomstige
regeling van de geleidesteunen. Daarom
mogen deze geleidesteunen niet worden
verwijderd.
4.3
Montage van het schuurraam
Men dient er op te letten, dat de aan het schuur-
raam bevestigde geleidenokken (2.6, 2.8) in de
geleidegroeven van de geleide-steunen voor
en achter (2.7, 2.9) grijpen; machine langs de
geleidegroeven naar beneden bewegen tot het
gewricht (2.5) klikt.
4.4
Vervanging van de schuurband
Hefboom (3.5) naar voren trekken; de schuurband
is dan ontspannen en kan worden verwijderd.
Let er bij het plaatsen van de schuurband op dat
de looprichting ervan (gewoonlijk aangegeven met
een pijl aan de binnenkant) overeenkomt met de
looprichting van de machine (3.4).
Schuurband met behulp van de hefboom weer
spannen en instellen, terwijl de machine draait.
4.5
Stofafzuiging
Bij het schaven veroorzaakt stof kan scha-
delijk voor de gezondheid, brandbaar of
expolsief zijn.
Gepaste beschermingsmaatregelen zijn
daarom vereist.
De stofzak (4.1) wordt met behulp van adapter
(4.3) door een rechtsdraaiende beweging van de
baljonetsluiting aan het afvoerkanaal (4.2) vast-
geklemd.
Om de stofzak te ledigen kan deze door een linkse
draaibeweging losgedraaid worden.
Bij het bevestigen moet er op gelet worden, dat
de opstaande stijl van de bladveer het bandhuis
raakt.
Als de stofzak steeds op tijd wordt geledigd, blijft
de afzuiging goed functioneren.
Voor het werken in een milieuvriendelijke om-
geving is het aan te bevelen te werken met het
Festool afzuigsysteem.
De verbindingsmof van de zuigslang kan via de
meegeleverde adapter (4.4) aangesloten wor-
den.
4.6
Stationair gebruik (ten dele Accessoires)
- Bevestig beide voeten (5.3) aan de beide draad-
gaten (4.5). Let op: De rechte kanten van de
voeten moeten aan de binnenkant naar elkaar
wijzen.
- Zorg ervoor dat de machine veilig staat: Bevestig
de voeten met schroefklemmen op de onder-
grond.
26