All manuals and user guides at all-guides.com
Wanneer de afstand bekend is, kan de waarde ook
handmatig via de pijltoetsen worden ingevoerd.
Het scanproces is na de instelling van diameter en
ijzerafstand identiek met het Quickscan- detectieproces.
5.10 Quickscan-registratie
Aanwijzing
Voor een Quickscan-registratie altijd een image-
scan of een Quickscan-detectie in beide richtin-
gen uitvoeren, om de richting van de bovenste
laag van de wapening vast te stellen, die gevaar
van het meten op voegen van het ijzer te minima-
liseren en eventueel direct te zien dat zich in het
beton ijzerhoudend materiaal bevindt, waardoor
de meetnauwkeurigheid kan worden beïnvloed.
Aanwijzing
Wapeningsijzers die loodrecht t.o.v. de bewegingsrichting liggen, worden geregistreerd en automatisch
opgeslagen. Zorg er voor het begin van de registratie voor dat de instellingen juist zijn ingesteld.
Druk de registratietoets pas in wanneer de scanner zich bevindt op de plaats waar het scannen zal beginnen.
De registratie mag in geen geval op een wapeningsijzer beginnen of stoppen. Let op het display (min. 30 mm
(1.81") afstand tot het naastgelegen wapeningsijzer aanhouden). Anders kunnen er onjuiste of misleidende
meetwaarden worden gegeven.
Aanwijzing
De scanner pas van het oppervlak nemen wanneer de registratie is beëindigd of er een markeringsteken
is geplaatst.
Leg de scanner voor het registreren van de positie en de diepte van alle gedetecteerde wapeningsijzers
tegen het oppervlak en zoek met de Quickscan-detectie een plaats waaronder zich geen ijzer bevindt. Het
startpunt met een PUA 70 markeerstift markeren en de registratietoets indrukken. Op het display verschijnt
een diskettesymbool, wat betekent dat de scanner de gegevens registreert. Beweeg de scanner over het
oppervlak.
Let er na afloop van een meting op dat het eindpunt niet boven een ijzer komt te liggen. Om de registratie
te beëindigen, dient u opnieuw op de registratietoets te drukken. Markeer het einde van een gescand traject
met een PUA 70 markeerstift.
Een meetweg van maximaal 30 m (98 ft) kan opgeslagen worden voordat de gegevens naar de tablet of de
PSA 55 adapter IR moeten worden geladen. Het is ook mogelijk om meerdere afzonderlijke afstanden (max.
10) op te slaan die samen maximaal 30 m (98 ft) vormen.
Voor het analyseren van meetgegevens kunnen deze op de tablet worden overgedragen.
160
Nederlands
Printed: 14.11.2016 | Doc-Nr: PUB / 5314765 / 000 / 00