mumvolume moeten alle zuigturbines zijn
ingeschakeld.
3. Het zuigen begint.
Lees de minimale volumestroom af
Aan de voorzijde van het apparaat is een
manometer gemonteerd, die de zuigonder-
druk in het apparaat weergeeft. Als de
maximale onderdruk (zie tabel) wordt be-
reikt, moet het hoofdfilter worden gereinigd
(zie hoofdstuk Hoofdfilter reinigen). Deze
waarde is afhankelijk van het apparaatver-
mogen en de gebruikte zuigslang. Wordt de
onderdruk door het reinigen niet duidelijk
gereduceerd, dan moet het filter worden
vervangen (zie hoofdstuk Hoofdfilter ver-
vangen).
LET OP
Overschrijden van de maximale onder-
druk
Zuigverlies
Bij het overschrijden van de opgegeven
waarde daalt de luchtsnelheid onder 20 m/
s. Reinig of vervang het filter.
Nominale wijdte
zuigslang
DN40
DN50
DN70
Hoofdfilter reinigen
Wordt aan de manometer de maximale on-
derdruk weergegeven (zie hoofdstuk Lees
de minimale volumestroom af), dan moet
het hoofdfilter worden gereinigd.
Afbeelding M
1. Tijdens het zuigproces de inlaatopening
of de zuigslang sluiten.
2. 3-4 keer aan de klep van de filterreini-
ging trekken en hierbij telkens 1-2 s lang
geopend houden.
Apparaat uitschakelen
1. Het apparaat aan de apparaatschake-
laars zuigturbine uitschakelen.
2. Het netsnoer uittrekken.
Maximale onder-
druk
13,15 kPa
(131,5 mbar)
10,0 kPa (100 mbar)
---
Nederlands
Na elk gebruik
Vuilreservoir legen
De inlaatopening of de zuigslang zijn geslo-
ten.
1. Het apparaat aan de apparaatschake-
laars zuigturbine inschakelen.
2. Het hoofdfilter reinigen (zie hoofdstuk
Hoofdfilter reinigen).
3. Het apparaat aan de apparaatschake-
laars zuigturbine uitschakelen.
4. Het apparaat met de parkeerremmen
beveiligen.
Afbeelding C
5. De beugelgreep naar boven trekken.
Het vuilreservoir wordt ontgrendeld en
neergelaten.
Afbeelding D
6. Het vuilreservoir aan de beugelgreep uit
het apparaat trekken.
7. Het vuilreservoir legen. Hiervoor evt. de
stofverzamelzak/veiligheidsfilterzak ver-
wijderen (zie Stofverzamelzak / veilig-
heidsfilterzak verwijderen).
WAARSCHUWING
Ondeskundig gebruik bij het vergrende-
len van het vuilreservoir
Gevaar voor beknelling
Tijdens de vergrendeling in geen geval de
handen tussen het vuilreservoir en de filter-
ring houden of in de buurt van het hijsme-
chanisme brengen.
Het vuilreservoir door het bedienen van de
beugelgreep met beide handen vergrende-
len.
8. Het vuilreservoir plaatsen en met de
beugelgreep vergrendelen.
Apparaat reinigen
WAARSCHUWING
Onjuiste afvoer van afvoerwater
Milieuverontreiniging
Neem de plaatselijke voorschriften inzake
de behandeling van afvoerwater in acht.
1. Het apparaat van binnen en van buiten
reinigen door afzuigen en afvegen met
een vochtige doek.
Bij het afzuigen van het apparaat moet
een zuiger met dezelfde of betere classi-
ficatie worden gebruikt.
63