WAARSCHUWING
► Let er op dat het kookgerei in het midden van de kookplaat staat. Het mag niet op het
bedieningspaneel of op de rand neergezet worden.
► Geen keukengereedschap uit metaal, potten- of pannendeksels, messen of andere
voorwerpen uit metaal op de kookplaat leggen. Als het apparaat wordt ingeschakeld,
kunnen deze voorwerpen verhit worden.
► Geen aluminiumfolie of metalen bladen op de oppervlakte van het apparaat leggen, om
oververhitting te vermijden.
► De hete oppervlakte van het keramische veld niet aanraken. De inductiekookplaat
ontwikkelt tijdens het koken zelf geen hitte. De temperatuur van het kookgerei verwarmt
echter de kookplaat.
► Houdt u de kookplaat en de onderkant van de pannen altijd droog en schoon. Als er
vloeistof tussen de onderkant van de pan en de kookplaat komt, kan de vloeistof
verdampen en door de ontstane druk kan de pan in de lucht vliegen. Kans op
verwonding.
► Schakel het apparaat na gebruik uit. Zo vermijdt u onnodig energieverbruik en zorgt u
voor uw eigen veiligheid.
► Als u het apparaat langere tijd niet gebruikt, raden wij aan de stekker uit het stopcontact
te trekken.
45.4 Gebruik van het apparaat
45.4.1
Inschakelen
Steek de netstekker in een geschikt stopcontact.
De indicator licht kort op en het apparaat schakelt dan over naar de standby-modus.
Linker kookzone: Als de oppervlaktetemperatuur lager is dan 50°C, wordt op het display
"L" weergegeven, als de oppervlaktetemperatuur hoger is dan 50°C, wordt "H"
weergegeven.
Druk vervolgens op de toets
Het indicatorlampje On/Standby gaat branden.
45.4.2
Prestatiemodus
Druk vervolgens op de knop
branden. Het vooraf ingestelde vermogensniveau "1200" wordt geselecteerd en het
apparaat wordt ingeschakeld.
Met de toetsen
W) wijzigen.
TIP
om de inductiekookplaat in te schakelen.
Select. De indicatielampjes On/Standby en Power
kunt u de instelling in het bereik van 200 - 2000 W (1500
104