Gelogde
Gebeurte-
Andere vastgelegde
waarde
nis
HACCP-
HA- of HF-
Type HA- of HF-alarm
alarmen
alarm
* De samples worden opgeslagen in een circulaire FIFO-lijst (bijv.
voor de alarmen overschrijft het 21e alarm het eerste alarm, enz.).
OPMERKING
Als de op de controller ingestelde tijd met meer dan
140 minuten wordt gewijzigd, worden de opgeslagen logs
gewist.
Het alarmlog kan worden gewist met parameter rAL, toegankelijk via
de gebruikersterminal, configuratietool of in de Daikin User app
(alleen Bluetooth-verbinding) met het specifieke commando op de
alarmpagina (toegang op "Service"- of "Manufacturer"-niveau
vereist).
INFORMATIE
Het alarmlog verwijderen kan niet ongedaan worden
gemaakt.
Voor
de
alarmlijst
met
de
"8.1 Foutcodes: Overzicht" [ 4 79].
5
Werking
5.1
Werkingsbereik
Temperatuurtype
Buitentemperatuur
Koeltemperatuur
Instelling lage
temperatuur (vriezer)
Instelling
middelmatige
temperatuur (koeler)
5.2
Bedieningsprocedure
▪ Lees de documentatie zorgvuldig voordat u de unit in gebruik
neemt om de best mogelijke prestaties te garanderen.
▪ Schakel de unit in voordat u de gekoelde goederen opslaat.
Varieert
van
15
tot
30
omgevingstemperatuur.
▪ Kies de juiste temperatuurinstelling voor het op te slaan product
(zie "4 Gebruikersinterface" [ 4 66]).
OPMERKING
Controleer de toestand van de verdamper 24 uur na het
opstarten.
Als
zich
ontdooifrequentie worden verhoogd. Bij units met lage
temperaturen moet de verdampertoestand tijdens de
eerste
maand
van
gecontroleerd.
▪ Een deurmicroschakelaar onderbreekt de werking van de unit en
schakelt de koelruimte in en uit wanneer de deur van de
koelruimte wordt geopend. De lamp van de koelruimte kan ook via
de gebruikersinterface worden in- en uitgeschakeld.
▪ Door middel van Bluetooth kan de unit worden gecontroleerd en
geregeld via de Daikin User app.
LMSEY1A09/13 + LMSEY2A19/25
Daikin LMS
4P728169-1B – 2023.07
Sam-
Li-
waarden
ples*
mie-
ten
10
-
codes
en
beschrijvingen,
Temperatuurbereik
+5~+45°C
Van –25°C
Tot +10°C
minuten,
afhankelijk
van
ijs
heeft
gevormd,
moet
gebruik
elke
week
worden
▪ Meerdere units (tot 5) kunnen worden gecombineerd binnen één
koelruimte. Ze werken dan volgens het principe van primaire/
secundaire unit.
Voordelen:
▪ Hoger koelvermogen.
▪ Redundantie als een unit uitvalt.
▪ Betere luchtstroom.
5.3
Goederen opslaan
OPMERKING
Dek de luchtinlaat en -uitlaat naar de condensor en de
verdamper van de unit niet af.
Het handhaven van de juiste temperatuur garandeert het behoud
van de kwaliteit van de opgeslagen goederen.
Luchtcirculatie is van cruciaal belang om een gelijkmatige
temperatuur in de gehele koelruimte te handhaven. Onvoldoende
luchtcirculatie kan warmteophopingen of ijsvorming veroorzaken.
Daarom:
▪ Gebruik pallets of rekken die de luchtcirculatie onder de goederen
vergemakkelijken.
zie
▪ Plaats de goederen uit de buurt van de wanden van de
koelruimte. Gebruik eventueel afstandhouders.
▪ Laat ongeveer 20 cm ruimte tussen de goederen en het plafond
van de koelruimte.
▪ Stapel warmteproducerende producten, zoals groenten en fruit, zo
op dat er voldoende ruimte is om de opgewekte warmte door de
circulatie van koude lucht af te voeren.
▪ Stapel producten die geen warmte produceren, zoals vlees en
diepvriesproducten, dicht bij elkaar in het midden van de
koelruimte.
de
de
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat er geen mensen in de koude ruimte
achterblijven voordat u de deuren sluit:
▪ Verstikkingsgevaar. 12 m
koelruimte.
▪ Gevaar voor bevriezing.
▪ Risico op doodvriezen.
5 Werking
3
moet leeg blijven in de
Gebruiksaanwijzing
75