5
Met de [ + ]-toets de functie singlegas-kalibratie kiezen. Het symbool voor
gevoeligheidskalibratie »
[OK]-toets indrukken om de kanaalkeuze te starten.
6
Het display toont knipperend het gas van het eerste meetkanaal,
bijv. » ch4 - %UEG «.
7
[OK]-toets indrukken om de kalibreerfunctie van dit meetkanaal te starten,
of met de [ + ]-toets een ander meetkanaal selecteren (O
H
S - ppm of CO - ppm enz.).
2
De testgasconcentratie wordt weergegeven.
[OK]-toets indrukken om de testgasconcentratie te bevestigen of met de
8
[ + ]-toets de testgasconcentratie wijzigen en door op de OK-toets te
drukken afsluiten.
De meetwaarde knippert.
9
Ventiel van de testgascilinder openen as met een flow van 0,5 L/min over de
sensor stroomt.
De aangegeven, knipperende meetwaarde verandert in de waarde die hoort
bij het aangevoerde testgas.
Als de aangegeven meetwaarde stabiel is (na minstens 120 seconden):
[OK]-toets indrukken om de kalibratie uit te voeren.
a.
Afwisselend worden de huidige gasconcentratie en » OK «
weergegeven.
[OK]-toets indrukken of ongeveer 5 seconden wachten om de kalibratie
b.
van dit meetkanaal af te sluiten.
Eventueel wordt het volgende meetkanaal aangeboden voor kalibratie.
Na de kalibratie van het laatste meetkanaal schakelt het apparaat over
naar de meetmodus.
c.
Sluit de klep van de testgascilinder en verwijder het apparaat uit de
kalibratiecradle.
Als een storing is opgetreden tijdens de gevoeligheidskalibratie:
Het storingssymbool »
wordt voor de betreffende sensor »
In dit geval de kalibratie herhalen.
Vervang eventueel de sensor.
Aanwijzing voor het gebruik ondergronds in de bergbouw:
Bij de kalibratie van het ex-kanaal op het meetgas methaan dient de
weergave van het apparaat op een waarde die 5 % (relatief) hoger ligt dan
de gebruikte testgasconcentratie, te worden ingesteld.
« knippert.
« verschijnt en in plaats van de meetwaarde
« weergegeven.
Bedrijf
nl
- Vol%,
2
145