nl
Bedrijf
Wanneer de meetwaarden stabiel zijn:
a.
[OK]-toets indrukken om de kalibratie uit te voeren.
Afwisselend worden de huidige gasconcentratie en » OK «
weergegeven.
b.
[OK]-toets indrukken om de kalibreerfunctie te verlaten of ca.
5 seconden wachten.
Als een storing is opgetreden tijdens de verse lucht kalibratie:
Het storingssymbool »
a.
wordt voor de betreffende sensor »
b.
In dit geval de verse lucht kalibratie herhalen. Eventueel sensor door
gekwalificeerd personeel vervangen.
6.10.2
Gevoeligheid voor een afzonderlijk meetkanaal kalibreren
De gevoeligheidskalibratie kan selectief voor individuele sensoren worden
uitgevoerd.
Bij de gevoeligheidskalibratie wordt de gevoeligheid van de gekozen sensor
ingesteld op de waarde van het gebruikte testgas.
Gebruik in de handel verkrijgbaar testgas.
Toegestane testgasconcentratie:
Ex:
40 tot 100 %LEL
O
10 tot 25 Vol%
2
CO: 20 tot 999 ppm
H
S: 5 tot 99 ppm
2
NO
5 tot 99 ppm
2
Testgasconcentraties van andere gassen: zie gebruiksaanwijzing van de
betreffende DrägerSensoren.
1
Sluit de testgascilinder aan op de kalibratiecradle.
2
Leid het testgas naar een afzuiging of naar buiten (sluit de slang aan op de
tweede aansluiting van de kalibratiecradle).
!
VOORZICHTIG
Adem het testgas nooit in. Gevaar voor uw gezondheid!
Gevareninstructies in de bijbehorende veiligheidsinformatiebladen opvolgen.
3
Schakel het apparaat in en plaats het in de kalibratiecradle.
4
[ + ]-toets indrukken en 5 seconden ingedrukt houden om het
kalibreermenu op te roepen, wachtwoord opgeven
(wachtwoord bij levering = 001).
144
« verschijnt en in plaats van de meetwaarde
« weergegeven.