MONTAGE NAAFVERSNELLINGEN
(ALLEEN MODELLEN MET 3 VERSNELLINGEN)
Voor het montage van de naafversnellingen u het volgende gereedschap nodig
(Het gereedschap wordt niet meegeleverd.)
• Binnenzeskant 5 mm
1
INSTELLEN VAN DE
NAAFVERSNELLINGEN
(alleen modellen met 3 versnellingen
Voor het instellen van de naafversnellingen
u het volgende gereedschap nodig (Het
gereedschap wordt niet meegeleverd.)
• Binnenzeskant 5 mm
Als in de loop van het gebruik van het product een
verdere aanpassing nodig is, gaat u als volgt te
werk: Schakel de REVOSHIFT-hendel op 2. Draai
vervolgens de kabelstelschroef (A), om de rode lijn
(D) op de schuifstang aan het uiteinde (C) van de
naafas uit te lijnen.
Controleer tijdens het instellen de twee gele lijnen
34
1. Haal de schakelpen uit het plastic zakje en steek
deze tot aan de aanslag met de zwarte veer eerst in
de rechterzijde (in rijrichting) van de achteras.
2. Vervolgens kunt u de schakelkast op de ach-
teras plaatsen en deze met een 5 mm inbussleutel
vastdraaien (3-5 Nm). De schakelkast behoeft geen
A
kabelstelschroef
B
schuifstang
C
uiteinde van de naafas
van bovenaf door het kijkglas. Draai de crankarm en
schakel de REVOSHIFT-hendel daarbij van 3 naar
1 en dan weer terug naar 3 Herhaal deze handeling
twee of drie keer en controleer of de versnellingen
worden gewisseld. Schakel de REVOSHIFT-hendel
weer van 1 naar 2 en controleer of de rode lijn op
de schuifstang aan het uiteinde van de naafas is
2
Als in de loop van het gebruik van het product een
verdere aanpassing nodig is, gaat u als volgt te werk:
D
rode lijn op de schuifstang
E
gele lijnen
F
gele deel van de koppeling
A
C
D
B
verdere instellingen.
G
kabelstelmoer
Aanhaalmoment:
1,5 - 2,5 Nm
uitgelijnd. Als dit niet het geval is, moet u de instelling
opnieuw uitvoeren.
Na het instellen van de schakeleenheid IV borgt u de
kabelstelschroef met de kabelstelmoer (G).
G
NL