Publicidad
Idiomas disponibles
Idiomas disponibles
NEDERLANDS – Instructies
!
Waarschuwing
Zorg ervoor vertrouwd te zijn met de bedieningsinstructies
alvorens deze machine te gebruiken.
Alvorens de machine af te regelen (b.v. instellen van het koppel,
verwisselen van bits), dient u de luchttoevoer naar de machine af
te sluiten.
De machine, de hulpstukken en het toebehoren mogen alleen
worden gebruikt voor het doel waarvoor ze werden ontworpen.
Gebruik alleen krachtdoppen. Vervang versleten krachtdoppen
voor een veilig en economisch gebruik.
Controleer of de krachtdop goed is bevestigd – vervang zo nodig
de houder van het aandrijfvierkant.
Houd uw vingers van de krachtdop verwijderd gedurende de
werking om blootstelling aan trillingen te vermijden die bloeds-
omloopstoornissen in uw vingers zouden kunnen veroorzaken.
Werk nooit zonder beschermbril.
Vermijd de machine onnodig onbelast te laten draaien.
Als u een ophangbeugel gebruikt, controleer dan of die in goede
staat is en behoorlijk is bevestigd.
De machine is ontworpen om te werken met een bedrijfsdruk (e) van
max. 7 bar = 700 kPa.
OpmerkingHet gereedschap kan werken bij een druk van minder dan
6.3 bar. In dit geval moet het ingestelde koppel voldoende
laag worden gehouden om het vrijmaken van de
koppeling te verzekeren.
Vergewis u ervan dat het correcte slangformaat wordt gebruikt (fig.
19).
Persluchtaansluiting en slangafmeting – zie reserveonderdelenlijst.
Zorg ervoor dat de slang de juiste afmetingen heeft.
Luchtkwaliteit
– Voor optimale prestaties en een maximale levensduur van het
gereedschap raden we aan perslucht met een dauwpunt tussen
+2°C en +10°C te gebruiken. Installatie van een Atlas
Copco-luchtdroger van het koelende type is aan te bevelen.
– Gebruik een afzonderlijke luchtfilter, type Atlas Copco FIL.
Installeer hem zo dicht mogelijk bij het gereedschap. Blaas de
slang uit alvorens hem aan te sluiten.
– Het gereedschap ondervindt er geen hinder van als de perslucht
een kleine hoeveelheid olie bevat (1–5 mg/m
gens ISO 8573-1, kwaliteitsklasse 2.4.3. of 3.4.4. is aan te bevele.
Instelling van het aandraaimoment (Fig. 8-11)
Het koppel wordt bijgeregeld door de kruiskopschroef (Ref.-nr. 141).
Het is aan te bevelen te beginnen met een minimale koppelinstelling.
Verhoog het koppel door de schroef rechtsom (+) te draaien.
Verminder het koppel door de schroef linksom (-) te draaien.
Noot
De afgeregelde schroef (sleufschroef, Ref.-nr. 141) en de
"trim"-klep zijn de enige schroeven die in eerste instantie
moeten worden bijgeregeld. De zeskantschroef (Ref.-nr.
162) is bedoeld voor kalibratiedoeleinden en wordt
normaal alleen ingesteld na een service, fig. 13.
Controleer altijd de instelling op de verbinding die u momenteel
aan het uitvoeren bent.
Minimale koppelinstelling
S-2tel de regelschroef op het minimum in. Bij harde verbindingen
en een min. koppelinstelling zal een beperking van de onbelaste
snelheid met behulp van de "trim"-klep de nauwkeurigheid
verhogen. Het minimaal aanbevolen aantal impulsen per
aandraaibewerking is 3.
Maximale koppelinstelling
Begin met een laag koppelniveau. Verhoog de instelling geleide-
lijk aan. Ga zo ver mogelijk door met de instelling te verhogen tot
de uitschakelfunctie nog goed waarneembaar werkt. Maximaal
aanbevolen aandraaitijd is 3 seconden.
Testmethode - Statisch of dynamisch (Fig. 17, 18)
Voor de ErgoPulse-machines is een statische koppelmeting aanbevo-
len.
Als een dynamische koppelmeting met behulp van een elektronische
in-line-koppelomzetter wordt gebruikt, controleer dan altijd uw
meetmethode via een statische controle met behulp van een
(elektronische) momentsleutel.
10
Voor maximale prestaties
Bij zware werkvoorwaarden - zachte verbindingen en maximale
instelling - is het aan te bevelen de lucht te smeren.
Bij een werking met extreem droge lucht zal 0,1 - 0,2 ml olie in de
machine-inlaat (indien mogelijk) de werking van de machine
verbeteren.
Bij harde verbindingen en lage instellingen van het aandraaikoppel
zal een verminderde onbelaste snelheid (met behulp van de
"trim"-klep) de nauwkeurigheid verhogen.
Controleer altijd het aandraaikoppel op de verbinding die u wenst te
verwezenlijken na een afregeling.
!
Voor optimale prestaties van de machine moet de pulseenheid
met de juiste hoeveelheid olie worden gevuld. Wegens een
mogelijke microlekkage van de olie uit de pulseenheid zou het
nodig kunnen zijn de eenheid tussen de regelmatige
onderhoudsbeurten bij te vullen. De frequentie van deze
procedure hangt af van het type toepassing, het aantal cycli, de
aandraaitijd enz. Een juist bijvullen van de pulseenheid zorgt nl.
voor grotere service-intervallen.
Te veel olie in de pulseenheid heeft een lage pulsfrequentie
en trage aandraaibewerkingen tot gevolg.
Te weinig olie in de impulseenheid levert een hoge
pulsfrequentie op en er is een risico van een verminderd
aandraaikoppel. Meer bepaald kan de machine bij de eerste
aandraaibewerkingen na een pauze op hol slaan.
-3Gebruik hydraulische olie : 22 cST / 40°C (ISO VG22)
De machine een tijd laten lopen met te weinig olie kan de
pulseenheid beschadigen.
Controleer het aandraaikoppel na het bijvullen, fig. 8.
Bescherming tegen roest en reiniging van het
inwendige van de machine
Water in de perslucht, stof en afgesleten deeltjes veroorzaken roest
en het vastkleven van schoepen, kleppen enz. Breng zo dicht
mogelijk bij de machine een luchtfilter aan (zie "Luchtkwaliteit"). Voor
3
). Luchtkwaliteit vol-
langere stilstanden van de machine dient u ze met (enkele
druppeltjes) olie door te spoelen via de luchtinlaat. Laat het
gereedschap gedurende 5-10 seconden lopen en neem de olie met
een doek af.
Revisie en smering
De machine is normaal bestemd voor zwaar gebruik. Zij moet dan
ook worden gedemonteerd, gereviseerd en schoongemaakt na 100
000 (aanbevolen aantal) tot 250 000 (maximumaantal) cycli. Als de
machine niet goed draait, moet zij uit dienst worden genomen voor
inspectie.
Het luchtinlaatfilter en de uitlaatdemper dienen geregeld te worden
schoongemaakt of vervangen om verstopping te vermijden, waardoor
de capaciteit zou verminderen.
Bij de revisies moeten alle onderdelen nauwkeurig worden
schoongemaakt en de defecte of versleten onderdelen (b.v. O-ringen,
schoepen) worden vervangen.
De inlaatklep, de O-ringen en de lagers moeten gesmeerd worden
met vet van het EP-type. Gebruik smeermiddelen van goede kwaliteit,
tabel bij fig. 16).
Breng een dunne laag olie aan op de eindvlakken van de rotor en de
eindplaten van de schoepenmotor. Monteer de motor volgens de
service-instructies, fig. 16.
Aanbevolen service-kits (Optioneel)
De onderdelen in de servicekit dekken een normale revisie van uw
machine. Zorg dat u ze altijd beschikbaar hebt in uw werkplaats om
snel en economisch herstellingen te kunnen uitvoeren.
Overdracht van het RE-signaal (Fig. 21)
Deze RE-machine levert een luchtdruksignaal dat met een
stuureenheid kan worden verbonden om het aantal juiste
aanhaalbewerkingen te tellen, en om voortijdige uitschakelingen,
terugslagen en andere verkeerde aanhaalbewerkingen te detecteren.
Atlas Copco Tools - No. 9836 1621 00
Vul de pulseenheid met olie (fig. 12, op 5-10)
EP 14PTS-HR20
Publicidad
