NEDERLANDS
A
Opgelet!
Duw na elke zaagprocedure het werk-
stuk tussen zaagblad en parallelle aan-
slag voorzichtig met de duwstok naar
het achterste deel van het tafelblad en
neem het daar van de tafel.
Parallelle aanslag voor het inkorten
van smalle werkstukken instellen
Stel het achterste uiteinde van de pa-
rallelle aanslag (69) in op de hoogte
van het begin van het zaagblad .
A
Gevaar!
Als het werkstuk klem komt te zitten,
kan het ongecontroleerd weggeslingerd
worden. Stel de parallelle aanslag zo in
dat de uiteinden van het werkstuk niet
tegelijkertijd contact kunnen hebben
met het zaagblad en de parallelle aan-
slag.
A
Opgelet!
Duw na elke zaagprocedure het werk-
stuk tussen zaagblad en parallelle aan-
slag voorzichtig met de duwstok naar
het achterste deel van het tafelblad en
neem het daar van de tafel.
8.4
Zagen met dwarsaanslag
1. Dwarsaanslag langs de voorkant in
de groef in het tafelblad schuiven.
2. Gewenste verstekhoek instellen en
met de klemhendel (72) blokkeren.
14
70
3. Aanslagprofiel uitlijnen en met de
kartelschroeven (70) blokkeren.
A
Attentie!
De kunststofneus (71) moet op ten min-
ste 10 mm afstand van de snijlijn staan.
4. Snijhoogte van het zaagblad instel-
len en blokkeren (zie "Snijhoogte in-
stellen" in het hoofdstuk "Bedie-
ning"). Aan de voorkant moet de
afdekkap onderaan volledig op het
werkstuk liggen.
69
5. Hellingshoek van het zaagblad in-
stellen en blokkeren (zie "Zaagblad-
helling instellen" in het hoofdstuk
"Bediening").
6. Schakel de motor in.
7. Schuif het werkstuk tegen de
dwarsaanslag, houd het vast en
zaag het in één beurt door.
8. Schakel de machine uit als u niet
onmiddellijk verderwerkt.
9.
Tips en trucs
Voer enkele proefsneden uit op
stukken afvalhout, alvorens met de
zaagwerkzaamheden te beginnen.
Plaats het werkstuk steeds zo op
het tafelblad dat het niet kan omval-
len of wiebelen (bijv. bij een gebo-
gen plank met de naar buiten gebo-
71
gen zijde omhoog).
Gebruik bij lange werkstukken ge-
schikte werkstuksteunen, bijv. rol-
lenstaander of extra tafel (zie "Be-
schikbare accessoires").
Houd het tafeloppervlak schoon –
verwijder vooral de harsresten met
behulp van een hiervoor geschikte
reinigings- en onderhoudsspray (ac-
72
cessoires).
10. Service en onderhoud
A
Voor alle onderhouds- en reinigings-
werkzaamheden moet u het netsnoer
uittrekken.
– Service en/of onderhoudswerk-
zaamheden die niet in dit hoofdstuk
beschreven staan mogen uitsluitend
door vaklui uitgevoerd worden.
– Beschadigde delen, in het bijzon-
der veiligheidsinrichtingen, alleen
vervangen door originele onderde-
len. Delen die niet door de fabrikant
gecontroleerd en vrijgegeven zijn,
kunnen onverwachte beschadigin-
gen veroorzaken.
– Nadat u klaar bent met de service
en/of onderhoudsbeurt, moet eerst
de goede werking van alle veilig-
heidsvoorzieningen gecontroleerd
worden.
10.1 Zaagblad vervangen
A
Onmiddellijk na het zagen kan het
zaagblad erg heet zijn – Pas op voor
brandwonden! Laat een heet zaagblad
eerst voldoende afkoelen. Ook het
schoonmaken van het zaagblad met
een licht ontvlambaar product is dan
gevaarlijk.
Ook bij een stilstaand zaagblad bestaat
er nog gevaar voor snijwonden. Bij het
vervangen van een zaagblad moet u
veiligheidshandschoenen dragen.
Let bij de montage absoluut op de
draairichting van het zaagblad!
Gevaar!
Gevaar!