NL
Apparaat koelt niet.
Zijwand is erg warm
(alleen voor modellen
met geschuimde
condensor).
Sticker 'OK'
verschijnt niet.
Er vormt zich een
laagje vorst of ijs op
de achterste
binnenwand.
Pagina | 48
Apparaat is uitgeschakeld of er
is geen stroom.
Temperatuurregelaar staat op
'0/OFF'.
De omgevingstemperatuur is te
laag.
De condensor geeft warme lucht
af aan de omgeving. Bij een te
hoge omgevingstemperatuur
kan er warmteophoping
optreden. Zodra de
omgevingstemperatuur is
gedaald, koelt het apparaat
weer normaal. Absoluut de
afstanden aanhouden
(zie hoofdstuk 2.2 / 2.3).
Gemiddelde temperatuur in dit
bereik is te hoog ingesteld.
Hoge kamertemperaturen (zoals
op warme zomerdagen) en een
hoge instelling van de
temperatuurregelaar kunnen
leiden tot een continue
afkoeling. De compressor moet
continu draaien om de
ingestelde temperatuur in het
apparaat op peil te houden. Het
apparaat kan niet automatisch
ontdooien, omdat dit alleen
mogelijk is als de compressor
niet draait (zie het hoofdstuk
'Ontdooien').
Stroomvoorziening is en de
zekeringen controleren.
Controleer of de stekker
correct in het stopcontact is
gestoken.
Controleer of er spanning op
het stopcontact staat.
Instellingen
temperatuurregelaar
controleren.
Zie hoofdstuk 2.2 / 2.3
Geen maatregelen nodig.
Stel de temperatuurregelaar
terug op een koudere stand
in. Wijzig de
temperatuurregelaar stap
voor stap en wacht ongeveer
12 uur voordat u de controle
opnieuw uitvoert.
Draai de temperatuurregelaar
terug op een lagere stand. De
compressor start en stopt
zoals gewoonlijk en het
automatisch ontdooien gaat
door.