B
Gebruik van het toestel
Waar plaatst u het wasmiddel en de hulpmiddelen
De wasmiddellade heeft drie vakjes (figuur A)
Wasmiddelvakje
•
Wasmiddel
•
Vlekkenverwijderaar
•
Waterverzachter (waterhardheid klasse 4)
Wasverzachtervakje
•
Wasverzachter; voor hulpmiddelen enkel vullen tot
de aanduiding MAX.
Waspoedervakje
•
Wanneer de autodoseringsfunctie uitgeschakeld is,
plaatst u het wasmiddel in dit vakje.
OPMERKING:
•
Bewaar wasproducten en hulpmiddelen in een veilige, droge plaats buiten
bereik van kinderen.
•
Gebruik de speciale wasbol of waszak van het wasmiddel en plaats hem direct
in de trommel om te vermijden dat buitengewoon geconcentreerd poeder of
vloeibaar wasmiddel zich niet voldoende verspreidt.
•
Indien u ontkalkingsproducten, verf of bleekwater gebruikt, dient u na te
gaan of ze geschikt zijn voor wasmachines. Ontkalkingsproducten kunnen
producten bevatten die delen van uw wasmachine zouden kunnen beschadigen.
•
Gebruik geen oplosmiddelen in de wasmachine (zoals terpentijn, benzine).
80
NL