Als de lader het eerste ap-
paraat is dat u met de app wilt
verbinden:
4. Selecteer op het tabblad
de optie „Apparaat toevoe-
gen".
De app scant de omgeving
op beschikbare apparaten
en laat u zien of er beschik-
bare apparaten zijn gevon-
den.
Indien dit niet het ge-
val is, lees dan verder
bij mogelijkheid
5. Selecteer „Ga naar Toevoe-
gen" om de beschikbare
apparaten in een lijst weer
te geven.
6. Selecteer de lader door hem
aan te vinken
slechts één apparaat per
keer. Als er andere vinkjes
staan op andere apparaten,
verwijdert u de vinkjes door
op het vinkje te drukken.
7. Druk nu op de
de kleur heeft als het inge-
stelde vinkje.
.
. Selecteer
, die dezelf-
8. Voer een WLAN-naam en
het bijbehorende wacht-
woord in om de lader met
het WLAN te verbinden.
9. Bevestig uw invoer.
De lader wordt nu met de
app verbonden. U herkent
een succesvolle verbinding
als de WLAN-weergave (9)
continu blauw oplicht.
10. Bevestig de succesvolle ver-
binding met „Klaar".
Nu is de lader in het tabb-
opgenomen en kan
lad
geselecteerd worden.
Als u reeds andere appara-
ten met de app verbonden hebt:
4. Selecteer op het tabblad
boven rechts. De app
de
scant de omgeving op be-
schikbare apparaten en laat
u zien of er beschikbare ap-
paraten zijn gevonden.
Indien dit niet het geval
is, lees dan verder bij
mogelijkheid
5. Ga verder zoals bij
vanaf punt 5.
NL
BE
.
71