5.1 Filtersysteem uitpakken
Neem het filterpatroon uit de verpakking en controleer het op volledigheid en eventuele beschadigin
gen (transportschade).
I
VOORZICHTIG!
Defecte onderdelen moeten direct worden vervangen.
f
Werk netjes.
f
5.2 Filterhouder monteren
I
VOORZICHTIG!
Lees vóór de installatie de technische gegevens (hoofdstuk 2) en de gebruiks en veiligheids
f
instructies (hoofdstuk 4).
Gebruik voor de aansluiting van de machine alleen slangen in overeenstemming met
f
DVGW W 543.
Neem bij het monteren van toebehoren (slangen, aansluitsets) de inbouwmaten en buigradius in
f
acht.
Voor de opstelling van het filtersysteem moet een plek worden gekozen die een eenvoudige
aansluiting op het drinkwaternet mogelijk maakt.
Richt de wandhouder bij de montage zo, dat de filterkop en -kaars later comfortabel kunnen
worden ingezet.
Het filtersysteem moet met behulp van de filterhouder stabiel aan een wand worden vastge
schroefd.
Het filtersysteem kan verticaal en horizontaal worden gebruikt.
De afstand tussen de filterpatroon en de vloer of tegenoverliggende wand moet ten minste 65 mm
2
bedragen, zodat er voldoende ruimte is voor de montage van de filterpatroon.
Bij de montage van de filterpatroon voor de horizontale bedrijfswijze moet erop worden gelet
dat de filterpatroon op de vloer rust. De afstand van de houder tot de vloer G bij een horizontale
montage is in hoofdstuk 2.1 aangegeven.
5.3 Filtercapaciteit bepalen en bypass/verdunning instellen
De carbonaathardheid dient bij de waterleverancier te worden nagevraagd of door middel van
4
een sneltest (druppeltest) te worden bepaald. Op basis van de carbonaathardheid en het gebruik
van de filterpatroon wordt de bypassinstelling gekozen. De filtercapaciteit staat in tabel T1of T2
( vanaf pagina 88).
Er zijn vier bypassinstellingen. De fabrieksinstelling is '2'. De bypass/instelling wordt ingesteld
5
door de kap aan de filterkop te verdraaien. Druk op knop 'a' en draai de kap naar links of rechts,
tot de markering op de gewenste waarde vastklikt.
Na de bypassinstelling moet de filterkop met behulp van het bijgeleverde inbouwplaatje worden
verzegeld. Maand en jaar van de installatie moeten op het plaatje worden ingevuld.
OPMERKING!
BWT adviseert om de grootte van de filterpatroon en dus de capaciteit zo te kiezen, dat een
f
regel matige vervanging om de 6 maanden of uiterlijk om de 12 maanden plaatsvindt.
5.4 Filterkop monteren
I
VOORZICHTIG!
De filterkop mag nooit gedurende langere tijd zonder gemonteerde filterpatroon onder waternet
f
druk staan.
Het aanhaalmoment van de fittingen mag de 15 Nm niet overschrijden!
f
OPMERKING!
In de filterkop is een aquastop gemonteerd, die een onbedoeld weglopen van water bij een
f
geopende afsluiter verhindert, wanneer er geen filterpatroon is geïnstalleerd.
Plaats de filterkop in de filterhouder en let hierbij op de correcte stroomrichting.
6
Monteer de slangen (let op de buigradius!) voor de watertoevoer en -afvoer aan de filterkop.
Sluit de slang voor de watertoevoer op de in de toevoer geïnstalleerde afsluiter aan.
Sluit de slang voor de waterafvoer op de verbruiker aan.
45