Testgascilinder Verwisselen; Laadfunctie Voor Gasmeetinstrumenten Uit De Xam 125-Serie (Optioneel) - Dräger X-dock 5300 Instrucciones De Uso

Ocultar thumbs Ver también para X-dock 5300:
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 62
Onderhoud
6
Onderhoud
6.1
Onderhoudsintervallen
AANWIJZING
i
i
Afhankelijk van veiligheidstechnische overwegingen,
procestechnische omstandigheden en
instrumenttechnische vereisten dient de duur van de
onderhoudsintervallen op het individuele geval
afzonderlijk te worden afgestemd en evt. te worden
verkort. Dräger adviseert een onderhoudscontract af
te sluiten en reparaties door DrägerService uit te laten
voeren.
6.1.1
Vóór elke inbedrijfstelling
Vóór elke inbedrijfstelling van het instrument moeten de
volgende werkzaamheden worden uitgevoerd:
Alle slangen op vervuiling, broosheid en beschadiging
controleren en zo nodig vervangen.
Controleeer of de slangen goed vastzitten, zodat er geen
gas kan ontsnappen.
Controleer of de aansluitingen van alle kabels vastzitten.
Visuele
controle
van
afdichtingscassettes. Bij sterke vervuiling of zichtbare defecten
moet de sensor afdichtingscassette worden vervangen.
6.1.2
Jaarlijks
Onderhoud van het gehele X-dock-station door opgeleid en
competent personeel.
6.2

Testgascilinder verwisselen

Als een testgascilinder verbruikt of afgelopen (afgelopen
alleen voor de ijking) is, controleert het station automatisch of
er nog een andere geschikte testgascilinder aangesloten is.
Als dat het geval is, wordt de geschikte testgascilinder
automatisch gebruikt.
Om een lege testgascilinder te verwisselen tegen een
identieke, volle testgascilinder:
1. Sluit de drukregelaar van de lege testgascilinder.
2. Schroef de drukregelaar los van de testgascilinder.
3. Schroef de drukregelaar op de volle testgascilinder met de
identieke testgasconcentratie.
4. Open langzaam het ventiel van de testgascilinder.
Om een testgascilinder te verwisselen tegen een testgascilinder
met een andere testgasconcentratie:
1. Sluit de drukregelaar van de lege testgascilinder.
2. Schroef de drukregelaar los van de testgascilinder.
3. Schroef de drukregelaar op de volle testgascilinder met de
gewijzigde testgasconcentratie.
4. Open langzaam het ventiel van de testgascilinder.
5. Betreffende testgasingang opnieuw configureren, zie
hoofdstuk 4.6 op pagina 96.
102
de
module
en
sensor
6.3
Laadfunctie voor gasmeetinstrumenten
uit de Xam 125-serie (optioneel)
Gasmeetinstrumenten uit de X-am 125-serie kunnen worden
geladen met de X-am 125+ module. Het station biedt 2
verschillende laadfuncties:
Laden na 15 minuten inactiviteit
Direct laden van een uitgeschakeld gasmeetinstrument
De laadtijd bedraagt bij volledig lege accu ca. 4 uur. Een
nieuwe NiMH-voedingseenheid bereikt na 3 volledige laad-/
ontlaadcycli de volledige capaciteit.
AANWIJZING
i
i
Gasmeetinstrumenten nooit lang (max. 2 maanden)
zonder energietoevoer opslaan, omdat de interne
bufferbatterij wordt verbruikt.
Om een gasmeetinstrument na een test in een X-am 125+
module te laden:
1. Gasmeetinstrument in de X-am 125+ module plaatsen.
2. Moduleklep sluiten.
Het gasmeetinstrument wordt automatisch herkend.
Na het inbrengen van het gasmeetinstrument wordt de
laadtoestand voor ca. 5 seconden aangegeven door de
laadtoestand-LED.
De laadfunctie start automatisch ca. 15 minuten na de
laatste test.
Het station biedt bovendien een optie om uitgeschakelde
gasmeetinstrumenten zonder wachttijd direct te laden. Bij
activering van de optie worden de gasmeetinstrumenten bij het
plaatsen in de modules niet automatisch ingeschakeld. De
X-am 125+ modules beginnen dan meteen met laden.
Om een uitgeschakeld gasmeetinstrument direct in een
X-am 125+ module te laden:
1. Optie Instrument niet inschakelen op het station
activeren (zie Technische Handboek).
2. Uitgeschakeld gasmeetinstrument in de X-am 125+
module plaatsen.
3. Moduleklep sluiten.
Het gasmeetinstrument wordt automatisch herkend en
direct geladen.
Wanneer een storing is opgetreden:
Instrument uit de module verwijderen en weer terugplaatsen.
Wanneer de storing dan niet verholpen is, de module laten
repareren.
VOORZICHTIG
!
Kortsluiten van de laadcontacten in de modules, bijv.
door naar binnen gevallen metalen voorwerpen, leidt
niet tot schade aan het station, maar dient wegens een
mogelijk gevaar van oververhitting en onjuiste
weergaven op de module te worden vermeden.
Dräger X-dock 5300/6300/6600

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

X-dock 6300X-dock 6600

Tabla de contenido