5.3.1. Onderhoudscontrolelijst
Rem
De luchtspleet van de magneetrem controleren.
Elektrisch
Instrumenten, displays en bedieningsschakelaars
systeem
testen.
De waarschuwings- en veiligheidsinrichting testen.
Ervoor zorgen dat kabelaansluitingen goed vastzitten en
controleren op beschadiging.
De instelling van de microschakelaar testen.
De relais controleren.
De motor en kabel vastzetten.
Voeding
De accu visueel inspecteren.
Controleren of de accukabelaansluitingen goed vastzit-
ten en de klemmen indien nodig smeren.
Rijden
Transmissie controleren op geluiden en lekkage.
Het rijmechanisme controleren, afstellen en indien
nodig smeren. De herstelfunctie van de bedieningshen-
del controleren.
De wielen controleren op slijtage en beschadiging.
De wiellagers en bevestigingen controleren.
Frame
Het frame van de palletwagen controleren op
palletwagen
beschadiging.
Hydraulische
Het hydraulische systeem testen.
bediening
De cilinders en zuigerstangen controleren op bescha-
diging en lekkage en ervoor zorgen dat deze goed
vastzitten.
Rem
De luchtspleet van de magneetrem controleren.
Elektrisch
Instrumenten, displays en bedieningsschakelaars
systeem
testen.
De waarschuwings- en veiligheidsinrichting testen.
Ervoor zorgen dat kabelaansluitingen goed vastzitten en
controleren op beschadiging.
De instelling van de microschakelaar testen.
De relais controleren.
De motor en kabel vastzetten.
Voeding
De accu visueel inspecteren.
Controleren of de accukabelaansluitingen goed vastzit-
ten en de klemmen indien nodig smeren.
Rijden
Transmissie controleren op geluiden en lekkage.
Het rijmechanisme controleren, afstellen en indien
nodig smeren. De herstelfunctie van de bedieningshen-
del controleren.
De wielen controleren op slijtage en beschadiging.
De wiellagers en bevestigingen controleren.
Frame
Het frame van de palletwagen controleren op
palletwagen
beschadiging.
Hydraulische
Het hydraulische systeem testen.
bediening
De cilinders en zuigerstangen controleren op bescha-
diging en lekkage en ervoor zorgen dat deze goed
vastzitten.
De cilinders en zuigerstangen controleren op bescha-
diging en lekkage en ervoor zorgen dat deze goed
vastzitten.
De instelling van de lastketting controleren en indien
nodig aandraaien.
Visuele inspectie van mastrollen uitvoeren en het slij-
tageniveau van het contactvlak controleren.
De vorken en het voorzetstuk controleren op slijtage
en beschadiging.
Controleer het hydrauliekoliepeil.
De hydraulische olie vervangen.
Het hydrauliekoliefilter controleren en reinigen. Indien
nodig vervangen.
A170148
Onderhoudsinterval ●
W
A
●
●
●
●
●
●
A170149
Onderhoudsinterval ●
W
A
●
●
●
●
●
●
●
5.3.2. Smeerschema
B
C
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
B
C
●
●
●
●
●
●
●
●
●
Contactvlakken
●
●
●
●
●
●
●
A170148
A170149
Vulhals hydraulische
Vulhals transmissie-olie
olie