Figuur 19
De graszak verwijderen
Om de zak te verwijderen, voert u bovenstaande stappen
in omgekeerde volgorde uit.
Achteruitworp gebruiken
Gebruik de achteruirworp als u zeer hoog gras maait.
Als de grasvanger op de machine zit, moet u die
verwijderen (zie Grasvanger verwijderen) alvorens de
achterafuitworp te gebruiken (Figuur 20). De hendel
voor recyclen/opvangen moet in de opvang mode staan.
Figuur 20
Het maaimes is scherp, contact met het
maaimes kan ernstig lichamelijk letsel
veroorzaken.
Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende
onderdelen tot stilstand zijn gekomen alvorens
de bedieningspositie te verlaten.
Tips voor bediening en gebruik
Algemene maaitips
• Verwijder stokken, stenen, draden, takken en andere
rommel die het mes kan raken, uit het werkgebied.
• Zorg ervoor dat het mes geen vaste voorwerpen
raakt. Maai nooit met opzet over voorwerpen.
• Als de maaimachine toch een voorwerp raakt of
begint te trillen, moet u meteen de motor afzetten,
de bougiekabel losmaken en de maaimachine op
beschadiging controleren.
• De beste resultaten krijgt u door een nieuw mes te
monteren voordat het maaiseizoen begint.
• Vervang indien nodig het maaimes door een
Toro-mes
Gras maaien
• U moet telkens niet meer dan ongeveer eenderde van
de grassprieten afmaaien. Maai niet met een stand
lager dan 51 mm, tenzij de grasmat dun is, of als
het laat in het najaar is wanneer het gras langzamer
begint te groeien. Zie De maaihoogte instellen.
• Als u gras wilt maken dat langer dan 15 cm is,
moet u maaien bij de maximale maaihoogte en een
langzamere loopsnelheid. Vervolgens gaat u maaien
bij een lagere maaihoogte om het gazon een zo fraai
mogelijk uiterlijk te geven. Als het gras te hoog is,
kan de maaimachine verstopt raken en de motor
afslaan.
• Maai uitsluitend droog gras of droge bladeren. Nat
gras en natte bladeren gaan aankoeken, waardoor de
maaimachine verstopt kan raken of de motor kan
afslaan.
Als u nat gras en natte bladeren maait, kunt u
uitglijden, in aanraking komen met het mes
en ernstig letsel oplopen. Maai uitsluitend in
droge omstandigheden.
10