Oplossen van problemen
Wat op het eerste gezicht een storing lijkt, kan vaak
verholpen worden met een snelle controle.
Controleer eerst of er een waarschuwing op het scherm
verschijnt. Als dat het geval is kunt u in de tabel hieronder
kijken wat de getoonde melding betekent. Als er geen
waarschuwing verschijnt, dient u te controleren of het
probleem vermeld staat op blz. 17 t/m 18. Het probleem
kan ook worden veroorzaakt door iets buiten dit toestel,
dus u dient tevens de andere aangesloten componenten,
zoals een videorecorder, te controleren. Als u het
probleem dan nog steeds niet kunt oplossen dient u de
dealer waarvan u dit toestel gekocht heeft te raadplegen.
Over de zelfdiagnosefunctie
Onderaan het scherm van dit toestel kunnen meldingen
verschijnen om fouten in de bediening of aansluiting aan
te geven. Controleer de toestand van het toestel nadat u
de betekenis van de melding heeft opgezocht.
Algemene problemen
Probleem
• Geen stroom.
• Het toestel kan niet bediend
worden.
• De afstandsbediening doet
het niet.
• Het beeld wordt afgebroken.
• Vreemde kleuren, fletse
kleuren, donkere kleuren of
kleurdivergentie.
• De stroom wordt plotseling
uitgeschakeld.
• Geen beeld.
• Is het netsnoer goed aangesloten?
• Is de MAIN POWER hoofdschakelaar ingeschakeld?
• Externe invloeden zoals bliksem, statische elektriciteit enz. kunnen leiden tot onjuist functioneren
van het toestel. In een dergelijk geval dient u eerst de hoofdschakelaar (MAIN POWER) uit te
zetten, dan de stekker uit het stopcontact te halen en vervolgens na 1 tot 2 minuten wachten de
stekker weer terugdoen, het toestel weer aan zetten en het dan nog eens te proberen.
• Zijn de batterijen met de plus (+) en min (–) de goede kant op in het batterijvak gedaan?
• Zijn de batterijen leeg? (Vervang ze dan door verse.)
• Is er misschien een voorwerp voor de afstandsbedieningsssensor?
• Richt de afstandsbediening naar de afstandsbedieningssensor wanneer u deze bedient.
• Is het gekozen beeldformaat wel goed? Schakel over naar een ander beeldformaat.
• Zijn de instellingen via [SCREEN], bijvoorbeeld die voor schermgrootte, zo dat het beeld met
optimale kwaliteit wordt weergegeven?
• Wordt de [POINT ZOOM] functie gebruikt?
• Regel de kleurweergave van het beeld.
• Is de ruimte te hel verlicht?
Het beeld kan donker lijken in een te lichte ruimte.
• De temperatuur binnenin het toestel is te hoog geworden (de ventilatie-openingen zijn geblokkeerd).
Verwijder hetgeen de ventilatie-openingen blokkeert, of maak deze schoon.
• Is de [POWER MGT.] functie ingesteld op [ON]?
• Zijn de andere componenten correct aangesloten?
• Is het toestel op de juiste wijze gebruiksklaar gemaakt na het maken van de aansluitingen?
• Is de correcte signaalbron ingesteld?
• Is het ingangssignaal misschien ongeschikt voor dit toestel?
• Is de [PICTURE] instelling correct?
Aanvullende informatie
FOUTMELDING
÷ Er wordt een ingangssignaal
CAUTION
ontvangen dat niet geschikt is.
OUT OF RANGE
of
Controleer de Tabel met
CAUTION
geschikte computersignalen
en wijzig de instelling voor het
UNSUPPORTED SIGNAL
of
computer-uitgangssignaal naar
SIGNAL NG
vereist.
÷ Schakel de stroomvoorziening
WARNING
uit.
THERMAL ALERT
÷ Is de kamertemperatuur hoger
SHUT DOWN
dan 40 °C?
÷ Verwijder eventuele
voorwerpen die de ventilatie-
openingen van het
plasmascherm afsluiten.
÷ De koelventilator is defect.
WARNING
FAN FAILURE
Schakel het toestel
onmiddellijk uit en trek de
SHUT DOWN
stekker uit het stopcontact.
Neem contact op met een
Pioneer servicecentrum of uw
dealer.
÷ Er wordt een verkeerde
ERROR
INVALID KEY ENTRY
bediening uitgevoerd.
Controleer de
ingangssignalen, aansluitingen
en de diverse instellingen.
÷ Schakel de stroomvoorziening
SHUT DOWN
uit, wacht 1 tot 2 minuten en
probeer dan de
stroomvoorziening weer in te
schakelen. Als het probleem
niet verholpen is, moet u de
stekker uit het stopcontact
trekken en contact opnemen
met een Pioneer
servicecentrum of uw dealer.
Mogelijke oplossing
MAATREGEL
17
Du