Methodes Van Optillen Van De Installatie; Assemblage Van De Lasmachine; Aansluiting Aan De Gebruikslijn - CEA SMARTMIG T25 Manual De Instrucciones

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 22
tijd. Overtredeing van dit tijdsinterval veroorzaakt de tussenkomst
van de thermische protectie die de interne bestandsdelen van de
soldeerder tegen overvehitting beschermt. De activering van de
thermische beveiligingseenheid wordt gesignaleerd door het bran-
den van het oranje controlelampje van de thermostaat op het
rackpaneel van de machine. Na enkele minuten stopt de
thermische protectie (oranje controlelampje uit) en is de soldeer-
der opnieuw klaar voor gebruik.
Methodes van optillen van de
installatie
Til de installatie op van de vloer, nadat u deze op stabiele en
veilige wijze vanaf de onderkant met hijsriemen omwikkeld heeft.
De draadaanvoerder is voorzien van een handgreep voor het hand-
matig vervoer, en een haak waarmee het opgetild en aan een
steun kan worden gehangen.
LET OP: Deze hef- en transportsystemen voldoen aan de voor-
schriften van de Europese normen. Gebruik geen andere werktui-
gen voor het optillen en het vervoer.

Assemblage van de lasmachine

De standaardsamenstelling van deze lasinstallatie bestaat uit:
• Generator SMARTMIG T25;
• Brander MIG-MAG lengte 3 m;
• Verbindingsstrip lengte 3 m (optioneel).
De levering bevat ook de voor- en achterwielen van verschillende afme-
tingen, een ketting om de gastank aan de gastankwagen te bevestigen.
Voer de volgende handelingen uit bij ontvangst van de machine:
• Verwijder de lasgenerator en alle bijbehorende accessoires en com-
ponenten uit de verpakking;
• Controleer of de lasinstallatie in goede staat verkeert, zo niet meldt dit
dan onmiddellijk aan de verkoper-distributeur;
• Controleer of alle ventilatieroosters open zijn en er geen objecten zijn
die de luchtstroom kunnen belemmeren;
• De 4 wielen monteren, de ketting aan de achterkant van de machine
aanbrengen, de brandfakkel aan de Euro aansluiting op het rackpaneel
van de machine aansluiten en de verbindingsstrip op de snelle verbin-
ding op het voorpaneel, onder het ventilatierooster, aansluiten, over-
eenkomstig Figuur A.
Installatie
De plaats van de installatie van het lasapparaat moet zorgvuldig worden
gekozen om een goede en veilige werking. Voor de installatie van het
lasapparaat dient de gebruiker rekening te houden met mogelijke
elektromagnetische problemen in de werkzone. Wij raden u in het bij-
zonder af het lasapparaat te installeren in de buurt van:
• signaleer-, besturings- en telefoonkabels;
• radio- en televisiezenders en -ontvangers;
• computers of meet- en schakelinstrumenten;
• veiligheids- en beveiligingsinstrumenten.
Het lasapparaat mag niet op een ondergrond met een helling van meer
dan 10° rusten. Deze lasapparaten zijn d.m.v. geforceerde luchtkoeling
gekoeld en moeten daarom zo geplaatst worden dat de lucht gemakke-
lijk door de in de kast aangebrachte gaten kan worden aangezogen en
afgevoerd. De lasunit wordt gekenmerkt door de volgende klassen:
• Beschermingsklasse IP 23 geeft aan dat de generator zowel in geslo-
ten ruimtes als in de open lucht gebruikt kan worden;
• Gebruiksklasse "S" betekent dat de generator gebruikt kan worden in
ruimtes met een hoger risico op elektrische schokken.

Aansluiting aan de gebruikslijn

De aansluiting van de machine op de gebruikslijn is een handeling
die uitsluitend door gekwalificeerd personeel uitgevoerd mag worden.
Alle aansluitingen moeten tot stand gebracht worden in naleving van de
heersende voorschriften en in overeenstemming met de wetten inzake
de ongevallenpreventie (zie de normen CEI 26-10 CENELEC HD 427).
FIG. A
Alvorens het apparaat aan te sluiten controleren of de gegevens van
het plaatje overeenkomen met de waarde van de netspanning en
netfrequentie en dat de hoofdschakelaar van het apparaat op de
"O" stand staat.
Deze soldeerbouten kunnen onder meerdere voedingsspanningen func-
tioneren en worden in normaal geval geleverd verbonden voor de hoog-
ste op het naambordje aangegeven spanning. Nagaan ofdat deze span-
ning met de netspanning corrispondeert, mocht dit niet het geval zijn
verwijder dan het deksel en sluit, afhankelijk van de netspanning, de
V. 220/230/240
Blu-Bleu-Blue-Blau
Rosso-Red-Rouge-Rot
FIG. B
overeenkomstige rode of blauwe connector aan, zoals fig. B laat zien.
De aansluiting aan het net dient te worden uitgevoerd met behulp van de
bij de soldeerbout geleverde quadripolaire kabel, van welke:
• drie leidingen dienen voor de verbinding van de machine op het stroom-
net.
• de vierde, geel/groen, dient om de aarde verbinding te maken.
Een genormaliseerde stekker (3p+1) met passend vermogen op de
voedingskabel aansluiten en een met zekeringen uitgerust
stopcontact of automatische schakelaar voorbereiden; de speciale
aardingsaansluitklem moet op de aardingsklem (Geelgroen) van de
voedingslijn worden aangesloten.
Model
I
Max nominaal (25%)*
2
Insttallatie spanning
Nominale stroom zekeringen vertraagd
U1 = 220V - 230V - 240V
U1 = 380V - 400V - 415V
Kabel netaansluiting
Lengte
Doorsnede
* Nusfactor
28
V. 380/400/415
Blu-Bleu-Blue-Blau
Rosso-Red-Rouge-Rot
Tabel 2
SMARTMIG T25
A
250
kVA
6
A
16
A
10
m
3,5
2
mm
4x2,5

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido