Optie
SET FILTER (SET GEMIDD.)
AC FREQUENCY (AC-
FREQUENTIE)
CAL DAYS (CAL DAGEN)
CLEAN DAYS (REINIGING
DAGEN)
WARNING LEVEL
(WAARSCHUWING)
SET DEFAULTS
(STANDAARDINSTELLINGEN
HERSTELLEN)
4.3 PAK aanpassen voor troebelheid met 4-20mA-uitgang (optioneel)
Als de optionele 4-20mA-uitgangskaart is geïnstalleerd in de SC1000-controller en er een
troebelheidsmeter is aangesloten op de SC1000-controller, is de voor troebelheid gecorrigeerde
PAK-waarde beschikbaar als een 4-20mA-uitgang. De troebelheidsmeter moet hetzelfde
monsterwater meten als de sensor.
Configureer een van de 4-20mA-uitgangen als volgt om de voor troebelheid gecorrigeerde PAK-
waarde weer te geven:
1. Selecteer SC1000 SETUP (SETUP SC1000) > OUTPUT SETUP (UITGANG SETUP).
2. Selecteer de uitgangskaart (bijvoorbeeld mA OUTPUT INT (mA UITVOER INT)).
3. Selecteer de 4-20mA-uitgang die de voor troebelheid gecorrigeerde meetwaarde zal weergeven
(bijv. OUTPUT 1 (UITGANG 1)).
4. Selecteer DATA VIEW (GEGEVENSWEERGAVE) > INPUT VALUE (INVOERWAARDE).
5. Selecteer SELECT SOURCE (KIES) > SET FORMULA (SET FORMULE).
6. Druk op ADD (TOEVOEGEN). Druk niet op bevestigen.
7. Selecteer de naam van de PAK-sensor en druk op bevestigen.
8. Selecteer PAK. Op het display wordt "A PAH [sensor name]" (A PAK [sensornaam])
weergegeven.
9. Druk op ADD (TOEVOEGEN) om nog een label toe te voegen. Druk niet op bevestigen.
216 Nederlands
Beschrijving
Stelt een tijdconstante in ter verhoging van de
signaalstabiliteit. De tijdconstante berekent de gemiddelde
waarde gedurende een gespecificeerde tijdsduur—1 (geen
effect, standaard) tot 10 minuten (gemiddelde van
signaalwaarde over 10 minuten). De filter verlengt de
benodigde tijd voor het sensorsignaal om te reageren op
de werkelijke procesveranderingen.
Stelt de frequentie in van de wisselstroom die wordt
geleverd aan de controller (50 of 60 Hz). Standaard: 60 Hz
Stelt het kalibratie-interval in. Opties: 0 (uitgeschakeld) tot
999 dagen (standaard: 365 dagen).
Opmerking: Er verschijnt een waarschuwing CAL OVERDUE
(KAL TE LAAT) op het controllerdisplay wanneer het aantal dagen
sinds de kalibratie van de sensor hoger is dan het kalibratie-
interval. Als CAL DAYS (CAL DAGEN) is ingesteld op 0, wordt er
geen waarschuwing CAL OVERDUE (KAL TE LAAT)
weergegeven.
Stelt het reinigingsinterval van de sensor in. Opties:
0 (uitgeschakeld) tot 999 dagen (standaard: 180 dagen).
Opmerking: Er verschijnt een waarschuwing CLEAN SENSOR
(SENSOR REINIGEN) op het controllerdisplay wanneer het aantal
dagen sinds de reiniging van de sensor hoger is dan het
reinigingsinterval. Als CLEAN DAYS (REINIGING DAGEN) is
ingesteld op 0, wordt er geen waarschuwing CLEAN SENSOR
(SENSOR REINIGEN) weergegeven.
Stelt het instelpunt in voor het alarm CONC TOO HIGH
(CONC TE HOOG) (PAK-waarde is te hoog)—0,0 tot
9999,0 μg/L (standaard:100,0 μg/L PAK).
Verandert de sensorinstellingen terug naar de
standaardinstellingen.