NL
a.
Maak de binnenkant van de generator stofvrij. Doe dit vaker
wanneer de werkomgeving zeer stoffig is.
NB: de generator is uitgerust met een (Antisticking) inrichting voor het uit-
schakelen van de krachtstroom bij uitgangs-kortsluiting of bij vastplakken
van de elektrode, zodat deze eenvoudig van het te lassen deel verwijderd
kan worden.
Deze inrichting treedt in werking wanneer de generator wordt gevoed, dus
6.0 SOORTEN STORING / FOUTEN IN HET LASWERK - OORZAKEN - OPLOSSINGEN
SOORT STORING -
FOUTEN IN HET LASWERK
De generator last niet: het digitale instrument is niet
verlicht.
Tijdens het lassen onverwachte onderbreking van de
uitgangsstroom, doven van groene lampje en bran-
den van geel waarschuwingslampje.
De generator last niet: de groene led blijft ook bran-
den als er geen belasting is.
Te laag lasvermogen.
Overdreven gesproei.
Kraters.
Insluitingen.
Onvoldoende penetratie.
Gebrek aan smelting.
Luchtbellen en poreusheid.
Barsten.
Bij TIG-laswerk smelt de elektrode.
All manuals and user guides at all-guides.com
SOORTEN STORING / FOUTEN IN HET LASWERK - OORZAKEN - OPLOSSINGEN
MOGELIJKE OORZAKEN
A) De hoofdschakelaar staat op "uit".
B) Onderbreking in de voedingskabel (één of meer-
dere fasen ontbreken).
C) Anders
Er is een te hoge temperatuur geconstateerd, met
ingrijpen van de thermische beveiliging
(Zie bedrijfscycli).
Probleem in het circuit van de generator.
Verkeerd aangesloten uitgangskabels.
Er ontbreekt een fase.
Lasboog te lang.
Lasstroom te hoog.
Snel verwijderen van elektrode bij loslaten.
Slechte reiniging of verdeling van de lagen. Beweging van elektrode verkeerd.
Voortbewegingssnelheid te hoog. Lasstroom te laag.
Lasboog te kort.
Stroomwaarde te laag.
Elektroden vochtig. Boog te lang. Polariteit lasbrander verkeerd.
Stroomwaarden te hoog. Materiaal vervuild.
Polariteit lasbrander verkeerd. Gebruikte gassoort niet geschikt.
ook tijdens de begincontrole, zodat extra belasting of kortsluiting tijdens
deze fase als een storing wordt beschouwd en dus een krachtstroomonder-
breking bij de uitgang veroorzaakt.
CONTROLE EN OPLOSSINGEN
A) Zet de hoofdschakelaar op "aan".
B) Controleren en verhelpen.
C) Contact opnemen met Klantenservice voor een controle.
Laat de generator werken en wacht tot hij afkoelt (10-15
minuten); dan wordt de beveiliging gereset en gaat het gele
lampje uit.
Contact opnemen met Klantenservice voor een controle.
Controleer de goede staat van de kabels, de geschiktheid
van de massatang en of deze aangebracht is op een roest-,
verf- en vetvrij te lassen deel.
Polariteit lasbrander verkeerd.
De ingestelde stroomwaarde verlagen.
De ingestelde stroomwaarde verhogen.
(NL) 4
NL