Forch 5350 9021 Manual De Instrucciones página 18

5. Gevaren die uitgaan van het gereedschap
Voor elk gebruik moet het gereedschap op zijn volledige werking worden gecontroleerd. Is de werking
volgens het resultaat van deze controle niet gewaarborgd of wordt er schade geconstateerd mag het
gereedschap niet worden gebruikt. Is er geen volledige werking en wordt het gereedschap desondanks
gebruikt bestaat het gevaar van aanzienlijke letsel-, gezondheids- en materiële schade.
• Geen gereedschappen gebruiken waarbij de aan-/uitschakelaar defect is. Gereedschappen die niet
meer met de aan-/uitschakelaar aan of uit kunnen worden geschakeld zijn gevaarlijk en moeten
worden hersteld.
• Alle service- of herstelwerkzaamheden altijd door geschoold personeel laten doen. Om het veilig ge-
bruik op lange termijn te waarborgen mogen slechts originele reserveonderdelen worden gebruikt.
• Beschermende voorzieningen en/of onderdelen van de behuizing mogen niet worden verwijderd.
• Gebruik het gereedschap nooit als een beschermer ontbreekt of als er niet alle veiligheidsvoorzie-
ningen voorhanden en in correcte toestand zijn.
• Om veiligheidsredenen zijn veranderingen aan FÖRCH-gereedschappen verboden. Indien er toch
veranderingen aan het gereedschap worden aangebracht leidt dit onmiddelijk tot het vervallen van
de aansprakelijkheid.
• Werkhandschoenen en veiligheidsbril dragen.
Gereedschappen met pneumatische aandrijving kunnen spanen, stof en andere afbrokkelingen met
hoge snelheid doen opwaaien wat tot ernstig oogletsel kan leiden.
Druklucht is gevaarlijk. De luchtstroom kan gevoelige lichamsdelen als ogen, oren e.d. beschadigen.
Van de luchtstroom opgewaaide voorwerpen en stof kunnen tot letsel leiden.
• Gehoorbescherming dragen.
Lange belasting door het werkgeluid van een drukluchtgereedschap kan tot aanhoudend
gehoorverlies leiden.
• Beschermingsmasker of adembescherming dragen.
Enkele materialen zoals kleefmiddelen en teer bevatten chemicaliën waarvan de dampen, indien deze
over een lange periode worden ingeademd, erstige schade kunnen veroorzaken.
• Strakke veiligheidskleding dragen.
Gereedschappen met draaibare onderdelen kunnen in haar, kleding, sieraden of andere losse
voorwerpen verward raken wat tot erstig letsel kan leiden.
Draag nooit te wijde en/of met banden of lussen e.d. voorziene kleding die in de bewegende
onderdelen van het gereedschap verward kan raken. Leg tijdens de werkzaamheden al uw
sieraden, horloges, identificatiemarken, armbanden, halskettingen e.d. opzij die in het gereedschap
verward kunnen raken. Raak nooit onderdelen van het gereedschap aan die in beweging zijn. Lang
haar moeten worden samengebonden of bedekt.
• Aangesloten drukluchtgereedschappen niet zonder toezicht achterlaten.
• Drukluchtgereedschappen horen niet in kinderhanden.
Onbeheerde of aan de drukluchttoevoer aangesloten gereedschappen zouden anders door
onbevoegde personen worden gebruikt en kunnen bij deze of derden letsel veroorzaken.
• Slechts foutloze dopsleutel-doppen gebruiken.
Minderwaardige, niet passende of beschadigde opsteekgereedschappen zoals dopsleutel-doppen
e.d. kunnen bij het toepassen los komen en door de werkplek worden geslingerd wat tot erstige
letsel kan leiden. Gebruik slechts opsteekgereedschappen die voor de snelheid van het gereedschap
zijn toegelaten. Gebruik geen opsteekgereedschappen die tijdens het gebruik zijn gevallen,
gestoten of beschadigd.
• Let op het reactiemoment.
Let op het ontstaan van reactiemomenten en de mogelijke breuk van het gereedschap. In benauwde
omstandigheden kunnen reactiemomenten tot letsel leiden. Tegen onverwachte reactiemomenten
moeten tegenmaatregelen worden genomen.
• Gereedschap niet in ruimtes met ontploffingsgevaar gebruiken.
Gereedschappen zoals de hydraulische ratel kunnen vonken laten ontstaan die tot ontsteking van
brandbaar materialen kunnen leiden. Gereedschappen nooit in de buurt van brandbare substanties
zoals benzine, nafta of reinigingsmiddelen e.d. gebruiken. Slechts in schone, goed geventileerde
ruimtes werken, waar zich geen brandbare materialen bevinden. Nooit zuurstof, kooldioxide of
andere in flessen gevulde gassen voor het aandrijven van drukluchtgereedschappen gebruiken.
• Gereedschap niet op andere personen richten.
Bij gebruik van het gereedschap kinderen en andere personen buiten de werkplek houden.