Tabla de contenido
Publicidad
Ÿ een klimapparaat van de werklijn voor rope access, gecertificeerd* volgens EN 12841:2006 Type B, te
gebruiken in combinatie met EN 1891 Type A semistatische touwen met een nominale diameter van 10
tot 11 mm.
* Tijdens de certificatieprocedure werden de volgende touwen gebruikt:
Ÿ EN 12841: Cousin Trestec Spélunca 10 mm, Cousin Trestec Thermocore 11 mm.
Ÿ EN 353-2 : CAMP Lithium 10.5 mm, CAMP Lithium 11 mm, CAMP Iridium 10.5 mm, CAMP Iridium 11 mm,
Korda's Lluisa 10.5 mm, Korda's Stark 10.5 mm, Korda's Titania 11 mm, Beal Contract 10.5 mm, Beal Industrie
11 mm (tab.A).
Gebruik
Breng de Goblin op de lijn aan zoals getoond in fig.1, volgens de lijnrichting die op het apparaat is aangegeven (fig.2).
Voer na installatie altijd een blokkeertest uit om de juiste montagerichting te controleren (fig.3). Controleer altijd de
juiste sluiting van de koppeling in het verbindingsgat [5]. Er kan een veiligheidskoord worden aangebracht tussen de
koppeling en het daarvoor bestemde gat [10] om verlies van het apparaat te voorkomen: let goed op dat de lengte en
plaatsing van het veiligheidskoord de correcte werking van het apparaat niet in de weg staat. Gebruik voor de
bevestiging van het apparaat aan een harnas uitsluitend ovale stalen EN 362 koppelingen met de volgende
kenmerken: lengte 109 mm (+/- 5 mm), min. breukbelasting 25 kN (aanbevolen koppelingen: CAMP art.0981-1455-
1878-1456) (fig.4a). Gebruik voor het verlengstuk uitsluitend de verbindingsbands "Webbing Lanyard" Art. 2030026F -
2030040F - 2030074F / "Goblin Rope Lanyard" Art.213901 - 213902 (fig.4b). Gebruik geen andere soorten vanglijnen
en/of schokdempers.
Het structurele ankerpunt waar het touw aan wordt bevestigd moet boven de werkzone liggen en een minimale
breeksterkte van 15 kN hebben, conform de norm EN 795. Klim nooit boven het ankerpunt en voorkom speling op het
touw (fig.5). Bevestiging of spannen van het touw is niet noodzakelijk; om het glijden te vergemakkelijken kan men een
klein gewicht (< 5 kg) onderaan het touw aanbrengen.
Het apparaat kan op hellende oppervlakken worden gebruikt, controleer in dat geval eerst of het apparaat correct over
het touw schuift. Bij licht hellende oppervlakken kan het apparaat handmatig worden verschoven.
Het touw mag niet zijdelings van de verticale as afwijken, is dit toch het geval neem dan de nodige maatregelen om
gevaarlijke slingereffecten te voorkomen.
Houd rekening met een minimale vrije ruimte onder de voeten van de gebruiker zoals aangegeven in onderstaande
instructies. Bij een kleinere afstand moet de gebruiker bijzonder voorzichtig zijn omdat hij in geval van een val mogelijk
niet volledig beschermd is.
Controleer bij elk gebruik of de lengte van het gebruikte touw voldoende is en of het vrije uiteinde een knoop of lus heeft,
om te voorkomen dat het apparaat onvoorzien van de veiligheidslijn af kan glijden.
Het maximumgewicht van de gebruiker, inclusief uitrusting, bedraagt 100/120 kg voor gebruik door 1 persoon en 200
kg voor gebruik door 2 personen bij reddingswerk (tabel A/B).
Hoge of lage temperaturen, vocht, regen, ijs, olie en stof kunnen de prestaties van het apparaat en de bijbehorende
touwen negatief beïnvloeden.
Zorg voor geschikte reddingsuitrustingen en een goede opleiding van de werkteams zodat zij snel kunnen ingrijpen
mocht er iemand vallen.
Belangrijkste materialen van het apparaat: aluminium legering, RVS. Belangrijkste materiaal van de te gebruiken
ankerlijnen: polyamide.
Zie voor de installatie van een anti-verlieskoordje fig.14 (alleen voor ervaren gebruikers).
Voor het gebruik van de Rope Surfer, een hulpmiddel ter verbetering van het glijden, zie fig.15.
Toepassing EN 12841:2006 Type A
Voor deze toepassing moet de knop [8] in de stand 2 staan
56
Publicidad
Tabla de contenido
