5.
Druk op de knop "MODE" om een modus te kiezen:
Handmatige modus:
Op het display is een handsymbool te zien. De vooraf ingestelde
doeltemperatuur bedraagt 22°C. Zet de gewenste doeltemperatuur met de
knoppen "+" en "-" op 5°C (antivriesfunctie) of tussen de 10°C en 32°C.
Wanneer de kamertemperatuur lager is dan de doeltemperatuur, gaat de
verwarming aan. Wanneer de kamertemperatuur hoger is dan de doeltemperatuur, gaat de
verwarming uit. De verwarming gaat weer aan zodra de kamertemperatuur minimaal 3°C lager
is dan de doeltemperatuur.
Programmamodus:
Het apparaat schakelt het opgeslagen weekprogramma in.
Auto-modus:
In de auto-modus wordt het opgeslagen weekprogramma ingeschakeld, net als
in de programmamodus. Daarnaast wordt de inschakeltijd automatisch
aangepast op het verschil tussen kamer- en doeltemperatuur, om zo op de
ingestelde tijd sneller op de doeltemperatuur te komen:
Wanneer de kamertemperatuur 5°C lager is dan de doeltemperatuur, gaat het apparaat 30
minuten voor de geprogrammeerde inschakeltijd aan.
Wanneer de kamertemperatuur 6 of meer graden lager is dan de doeltemperatuur, gaat het
apparaat 60 minuten voor de geprogrammeerde inschakeltijd aan.
Anti-vorst functie
Deze functie houdt de kamertemperatuur boven het "vriespunt". Zet de temperatuur in de
handmatige modus op 5°C. Dit voorkomt ijsvorming en daaruit voortkomende leidingbreuken.
Waarschuwingen:
•
Overweeg de temperatuur lager in te stellen als u meerder uren afwezig zal zijn.
•
Laat indien u meerder apparaten in dezelfde ruimte heeft deze gelijktijdig werken. U krijgt op
deze manier een gelijkmatiger temperatuur zonder dat uw elektriciteitsverbruik oploopt.
•
Schakel het apparaat uit als u een kamer ventileert.
REINIGEN
1.
Schakel voor het reinigen de verwarmer uit, trek de stekker uit het stopcontact en laat de
verwarmer afkoelen.
2.
Dompel het netsnoer en de stekker niet onder in water of een andere vloeistof. Giet
geen water of een andere vloeistof over de verwarming.
3.
Gebruik een stofzuiger om vuil te verwijderen van het metalen raster van de verwarmer.
4.
Veeg de verwarmer af met een droge doek om stof te verwijderen en een vochtige
doek (niet nat) om vlekken weg te vegen.
5.
Gebruik geen detergenten, schuurpoeder of om het even welk polijstmiddel op het
lichaam van de verwarmer: dit kan de afwerking beschadigen.
OPSLAG
Bewaar de verwarmer in een koele, droge ruimte. Gebruik om te voorkomen dat vuil en stof in de
verwarming komen de oude verpakking om het apparaat terug te verpakken.
Als de verwarmer niet regelmatig wordt gebruikt of als hij onbeschermd wordt opgeslagen, kan de
verwarming kleine hoeveelheden rook en/of geur verspreiden bij het eerste gebruik. Dit is normaal;
het is een gevolg van het accumuleren van vocht en stof op het verwarmingselement.