Om de gevoeligheid van het spraakgestuurd zenden in te stellen gebruikt u de toetsen OMHOOG (+) en
OMLAAG (-). Telkens u op de toets drukt, wordt de nieuwe instelling verbaal bevestigd. Er zijn vijf VOX-
standen en een uitschakelstand. De uitschakelstand wordt bereikt door twee seconden op OMLAAG
(-) te drukken. Dit wordt bevestigd met de verbale melding "VOX OFF". Om te zenden dient PTT in
uitschakelstand te staan. Om opnieuw in te schakelen drukt u op OMHOOG (+).
LET OP! Voor een optimale ruiscompensatie dient u de microfoon van de headset op een afstand van 3
– 5 mm van de lippen te houden.
SQUELCH (Ruisonderdrukking)
Squelch houdt in dat de geluidsweergave in de hoortelefoons wordt verzwakt wanneer het ontvangen
signaal beneden een bepaald niveau komt. U wordt dus niet gehinderd door achtergrondgeruis; zodra
iemand begint te spreken, komt de geluidsweergave onmiddellijk terug op het oorspronkelijke niveau.
Om het niveau van de ruisonderdrukking in te stellen gebruikt u de toetsen OMHOOG (+) en OMLAAG
(-). Telkens u op de toets drukt, wordt de nieuwe instelling verbaal bevestigd. Er zijn 5 SQUELCH-
standen en een uitschakelstand. Niveau 1 vraagt het laagst signaalniveau om de ruisonderdrukking te
openen. De uitschakelstand wordt bereikt door twee seconden op OMLAAG (-) te drukken. Dit wordt
verbaal bevestigd met "SQUELCH OFF". Om opnieuw in te schakelen drukt u op OMHOOG (+).
SUB CHANNEL (selectieve ontvangst)
Selectieve ontvangst houdt in dat bepaalde laagfrequente tonen of codes samen met de spraak moeten
worden uitgezonden, wil een radio-ontvanger met selectieve ontvangst de uitzending weergeven.
Hierdoor kunnen meerdere groepen gebruikers hetzelfde kanaal gebruiken zonder elkaar te horen
spreken.
Om het "subkanaal" in te stellen gebruikt u de toetsen OMHOOG (+) en OMLAAG (-). Telkens u op de
toets drukt, wordt de nieuwe instelling verbaal bevestigd. Er zijn 38 analoge CTCSS-tonen en 83 digitale
DCS-codes. Deze zijn geprogrammeerd onder de nummers 1 t/m 121. (Zie tabel F op da binnenzijde
van de voorpagina.) Bij de instelling "UIT" kan alle communicatie van het actuele kanaal worden
gehoord.
POWER (uitgangsvermogen)
Er zijn drie uitgangsvermogens beschikbaar: hoog, medium en laag. Om het uitgangsvermogen in
te stellen gebruikt u de toetsen ONHOOG (+) en OMLAAG (-). Telkens u op de toets drukt, wordt
de nieuwe instelling verbaal bevestigd. "HIGH POWER" staat voor hoog uitgangsvermogen; "LOW
POWER" voor laag uitgangsvermogen. Waar mogelijk is "MEDIUM POWER" (medium zendvermogen)
aangeraden.
Opmerking
De verhouding tussen de levensduur van de batterij en de gebruikstijd is afhankelijk van zowel de
kwaliteit van de batterijen als van hoe de Lite-Com Pro wordt gebruikt
Bijvoorbeeld: bij gebruik van een alkalische batterij met een minimale energie-inhoud van 2700
mAh is de gebruikstijd in spaarstand ca. 40 uur bij 15% zendtijd, 85% ontvangsttijd/stand-by. Bij vol
zendvermogen vermindert de gebruikstijd onder dezelfde omstandigheden met ca. 20%.
PTT ("Push-to-talk" = indrukken en praten)
Om via de Lite-Com Pro handmatig te zenden, houdt u de PTT ingedrukt.
Opmerkingen:
.
Het spraakgestuurde zenden (VOX) wordt in- en uitgeschakeld door tweemaal snel op de knop te
drukken. De instelling wordt bevestigd met de verbale melding "VOX on" resp. "VOX off".
.
De Lite-Com Pro is voorzien van de functie BCLO (Busy Channel Lockout) waarmee het zenden
op een reeds bezet kanaal wordt geblokkeerd.
All manuals and user guides at all-guides.com
101