1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
NL
Lees voor uw eigen veiligheid
en voor een correcte werking
van het apparaat eerst deze
handleiding aandachtig door, al-
vorens het apparaat te installeren
en te gebruiken. Bewaar deze
instructies altijd bij het apparaat,
ook wanneer u het verkoopt of
overdraagt aan derden. Gebrui-
kers moeten volledig op de hoog-
te zijn van de werking en de vei-
ligheidsfuncties van het apparaat.
De kabels moeten door een
ervaren monteur worden
aangesloten.
• De fabrikant is niet aansprakelijk
voor eventuele schade als ge-
volg van een onjuiste installatie
of oneigenlijk gebruik.
• De minimale veiligheidsafstand
tussen de kookplaat en de af-
zuigkap is 650 mm (sommige
modellen kunnen op een kleine-
re afstand worden geïnstalleerd;
zie de paragraaf over de werkaf-
metingen en de installatie).
• Als de installatievoorschriften
van de gaskookplaat bepalen dat
een grotere afstand in acht moet
worden genomen dan hierboven
is aangegeven, dan moet daar
rekening mee worden gehouden.
• Controleer of de netspanning
overeenstemt met de spanning
die op het typeplaatje aan de
binnenkant van de afzuigkap
staat vermeld.
• Er moeten lastscheiders in de
vaste installatie worden geïn-
stalleerd in overeenstemming
met de normen over bedra-
dingssystemen.
• Controleer voor apparaten van
klasse I of het elektriciteitsnet
in uw woning over een goede
aarding beschikt.
• Sluit de afzuigkap op het rook-
kanaal aan met een pijp met
een minimale diameter van 120
mm. De rook moet een zo kort
mogelijk traject afleggen.
• Alle regels voor de luchtafvoer
moeten in acht worden genomen.
• Sluit de afzuigkap niet op
rookkanalen aan die verbran-
dingsgassen afvoeren (bijv.
van verwarmingsketels, open
haarden, enz.).
• Als de afzuigkap in combinatie
met niet-elektrische apparaten
wordt gebruikt (bijv. gasappa-
raten), moet het vertrek vol-
doende geventileerd zijn om te
voorkomen dat de uitgestoten
gassen terugstromen. Wanneer
de afzuigkap in combinatie met
niet-elektrische apparaten wordt
gebruikt, mag de onderdruk in het
vertrek niet groter zijn dan 0,04
mbar om te voorkomen dat de
damp opnieuw door de afzuigkap
in het vertrek gezogen wordt.
• De lucht mag niet worden afge-
voerd door een kanaal dat wordt
gebruikt voor de rookgasafvoer
door apparaten op gas of andere
brandstoffen.
37