•
Gras rondom bomen, afscheidingspalen of
andere hindernissen maait u langzaam met
de uiterste uiteinden van het maaikoord.
•
Voorkom contact met vaste voorwerpen of
hindernissen (stenen, muren, latten enz.).
Het koord zal anders zeer snel afslijten. Ge-
bruik de rand van de beschermkap om het
apparaat op de juiste afstand te houden.
Let op! Leg de maaikop tijdens het
gebruik nooit op de grond!
Koord verlengen
Uw apparaat is uitgerust met een automatische
tipwerking voor het dubbele maaikoord. Dat
betekent dat de beide koorden worden verlengd
als u met de maaikop de bodem aantikt.
1. Houd het werkende apparaat boven een
gebied met gras en tip met de maaikop een
paar maal enigszins op de bodem. Op deze
manier wordt het koord verlengd.
2. Het mes dat in de beschermkap is aange-
bracht, snijdt het koord op de gewenste lengte.
Als de koorden niet kunnen worden ver-
lengd:
•
Schakel het apparaat uit.
•
Druk het spoelinzetstuk tot aan de aansla-
gin en trek krachtig aan de uiteinden van
het koord.
Als de uiteinden van de koorden niet zicht-
baar zijn:
•
Vervang de spoel (zie hoofdstuk 'De spoel
vervangen').
Let op! Koordresten kunnen worden
weggeslingerd, dit kan letsel tot ge-
volg hebben.
Als het apparaat vibreert
Reinig het apparaat, verwijder eventuele gras-
resten van de maaikop en de beschermkap.
Verzorging en onderhoud
Laat werkzaamheden die niet in deze
bedieningshandleiding worden be-
schreven, uitvoeren op een door ons
geautoriseerde servicepunt. Gebruik
alleen originele onderdelen en let
bij de montage op het mes voor het
inkorten van het koord. Gevaar voor
letsel!
Gebruik nooit staaldraad. Het gebruik
van niet-originele onderdelen kan let-
sel en onomkeerbare schade aan het
apparaat veroorzaken en uw garantie
komt onmiddellijk te vervallen.
Apparaat reinigen
Reinig na iedere maaibeurt de maai-inrichting
en de beschermkap.
Bescherm uw apparaat tegen be-
schadiging!
•
Het apparaat mag niet worden afgespoten
met of gedrenkt in water.
•
Gebruik geen reinigings- c.q. oplosmiddel.
De spoel vervangen (afbeelding 6)
1. Schakel de motor uit.
2. Leg het apparaat op de grond en zorg er
beslist voor dat er geen brandstof uitloopt
en dat het apparaat veilig ligt.
3. Verwijder de bevestigingsschroef (26) en
neem de spoelbehuizing (8b) met de bro-
cheerspoel (8a) af.
4. Zet de nieuwe spoel in de spoelbehuizing
en steek de beide draaduiteinden door het
draaduitlaatoog (27). Let erop dat de veer
(28) zich in de correcte positie bevindt.
5. Schroef de bevestigingsschroef (26) terug
vast.
6. Trim het draadsnoer tot op ca. 13 cm om
de motor tijdens de start- en opwarmfase
minder te belasten.
NL
B
47