16. Houd voldoende afstand tot voorwerpen aan
die op magnetisme reageren, bv. tot bank-
pasjes, radio's, televisies, videocassettes
enz.
17. Het apparaat mag niet buitenshuis worden
gebruikt.
18. Het apparaat mag niet in water of in een
andere
vloeistof
Bescherm het apparaat tegen nattigheid.
19. Houd tijdens de werking van het apparaat
voldoende afstand tot wanden en brandbare
voorwerpen, zoals bv. gordijnen.
20. Gebruik het apparaat niet in de buurt van
warmtebronnen.
21. Voordat het apparaat begint te verhitten, de
kabel zodanig leggen dat hij niet in aanra-
king komt met hete delen.
22. Het apparaat mag niet in een vast aanrecht-
blad ingebouwd worden.
23. Voor het koken op een kookplaat uitsluitend
kookgerei gebruiken dat geschikt is voor
inductie.
24. Het apparaat wordt heel snel heet. Het ver-
hitten van lege pannen kan beschadiging
van het apparaat en van het kookgerei tot
gevolg hebben.
25. Zet het apparaat uitsluitend aan, als een
gevulde pan op de kookplaat staat. Maak
de pannen niet te vol, zodat ze niet kunnen
overkoken.
26. Laat geen metalen voorwerpen, zoals bv.
messen of vorken, op de kookplaat liggen,
omdat deze bij het inschakelen van het
apparaat verhit kunnen worden.
27. Maak geen gesloten blikken van metaal
warm, omdat deze eventueel kunnen ont-
ploffen.
LET OP:
De glasplaat kan heel warm worden door de warmte die van het kookgerei afstraalt. Raak
het oppervlak van de plaat daarom direct na het koken niet aan.
Open de behuizing van het apparaat in geen geval. Er bestaat gevaar voor een elektrische
schok.
De fabrikant aanvaardt geen aansprakelijkheid bij foutieve montage, bij ondeskundig of foutief gebruik of
als reparaties door niet geautoriseerde personen worden uitgevoerd.
IN GEBRUIK NEMEN
1. Verwijder alle verpakkingsmaterialen en
transportbeveiligingen.
2. Veeg het apparaat af met een vochtige doek.
3. Zet het apparaat op een effen, vast en droog
oppervlak met voldoende afstand aan alle
kanten.
gedompeld
worden.
28. Zorg ervoor dat de ventilatiesleuven van het
apparaat steeds vrij zijn.
29. Tijdens de werking mag het apparaat niet
bewogen worden. Schakel het apparaat
eerst uit en verwijder de pannen, voordat u
het apparaat beweegt.
30. Laat geen voorwerpen op de glasplaat vallen
– breukgevaar! Als de glasplaat scheuren
vertoont of anderszins beschadigd is, mag
het apparaat niet meer gebruikt worden,
maar moet voor reparatie naar onze klanten-
service gestuurd worden.
31. Het apparaat mag niet langer dan 4 uur aan
één stuk gebruikt worden. Als het langer
gebruikt wordt, moet het tussendoor mins-
tens 30 minuten lang uitgeschakeld wor-
den.
32. De glasplaat kan heel warm worden door de
warmte die van het kookgerei afstraalt. Raak
het oppervlak van de plaat daarom direct na
het koken niet aan.
33. Trek de pannen a.u.b. niet over de bedie-
ningsknoppen heen, omdat deze anders
beschadigd kunnen raken.
34. Leg geen voorwerpen, folie e.d. tussen de
pan en de kookplaat.
35. Een gevulde kookpan mag niet zwaarder zijn
dan 4 kg, om beschadiging van het kookveld
te vermijden.
36. Zet geen hete pannen op het bedienings-
veld.
37. Na gebruik en voordat u het apparaat verzet
of reinigt, a.u.b. steeds de stekker uit het
stopcontact trekken, het apparaat uitscha-
kelen en laten afkoelen.
4. Steek de stekker in een stopcontact.
35