ONDERHOUD
LET OP: Verzeker u er altijd van dat de aan-uitschakelaar
van de robotmaaier uit staat voordat u een inspectie of onder-
houd uitvoert. Verzeker u er tevens van dat de stekker van de
netspanningsadapter uit het stopcontact is getrokken wanneer
u onderhoud uitvoert aan het laadstation.
LET OP: Draag altijd handschoenen en een veiligheidsbril
tijdens het uitvoeren van een inspectie of onderhoud. Anders
kan letsel ontstaan.
Om de VEILIGHEID en BETROUWBAARHEID van het gereedschap
te handhaven, dienen alle reparaties, overig onderhoud en afstellin-
gen te worden uitgevoerd door een door Makita erkend servicecen-
trum of het fabrieksservicecentrum, en altijd met gebruikmaking van
originele Makita-vervangingsonderdelen.
Reinigen
KENNISGEVING: Gebruik nooit benzine, wasbenzine, thinner,
alcohol en dergelijke. Hierdoor kunnen verkleuring, vervormin-
gen en barsten worden veroorzaakt.
KENNISGEVING: Reinig het apparaat regelmatig. Maaisel kan
zich ophopen in het maaidek of het laadstation.
KENNISGEVING: Was het apparaat niet met een hogedrukreini-
ger. Als u dat doet, kan dat leiden tot schade of een defect.
De robotmaaier reinigen
LET OP: Wees voorzichtig dat u niet uzelf verwondt aan de
maaimessen tijdens het reinigen van de maaimessen en de
omliggende delen.
LET OP: Wees voorzichtig dat uw handen of andere voor-
werpen niet bekneld raken tussen de bovenafdekking en het
maaidek, of uw handen verwondt aan de randen van de boven-
afdekking wanneer u de bovenafdekking bevestigt of verwijder.
Veeg het oppervlak van de bovenafdekking en de onderkant van het
maaidek schoon met een droge doek of een doek bevochtigd met een
verdund neutraal reinigingsmiddel. Veeg al het vuil en maaisel volle-
dig eraf dat zich heeft opgehoopt op en rondom de wielen.
► Fig.63
OPMERKING: Was het apparaat met water indien het erg vuil is.
Na het wassen met water wordt het aanbevolen om het apparaat
goed te laten drogen voordat u het weer gebruikt.
Maaisel kan zich ophopen tussen de bovenafdekking en het maaidek.
Volg de onderstaande procedure om de bovenafdekking te verwijde-
ren en tevens het bovendeel van het maaidek te reinigen.
► Fig.64: 1. Bovenafdekking 2. Maaidek 3. Rubber houders
4. Schuifas
Terwijl u het displaydeksel omlaag gedrukt houdt, tilt u één voor één
de delen van de bovenafdekking op die worden aangegeven in de
afbeelding en maakt u de bovenafdekking los.
► Fig.65: 1. Bovenafdekking 2. Displaydeksel
OPMERKING: Verzeker u ervan dat er geen obstakels in de buurt
zijn wanneer u de bovenafdekking verwijdert.
OPMERKING: De bovenafdekking en het maaidek zijn stevig met
elkaar verbonden op drie plaatsen. Trek de bovenafdekking krach-
tig omhoog tot de rubber houders binnenin de bovenafdekking los-
raken van de schuifassen van het maaidek.
Wanneer u de bovenafdekking weer op zijn oorspronkelijke plaats
bevestigt, lijnt u de rubber houders uit met de schuifassen van het
maaidek en drukt u de bovenkant van de bovenafdekking krachtig
omlaag.
► Fig.66
OPMERKING: Controleer of de bovenafdekking correct op het
maaidek is bevestigd door de bovenafdekking aan de voorkant en
zijkanten op te tillen. Een verkeerde bevestiging kan leiden tot een
detectiefout van de sensoren.
Het laadstation reinigen
Veeg al het vuil en maaisel eraf dat zich heeft opgehoopt op de
oplaadcontacten en de grondplaat van het laadstation.
► Fig.67: 1. Oplaadcontacten 2. Grondplaat
De maaimessen inspecteren
Volg de onderstaande procedure en inspecteer één keer per week.
1.
Zet de aan-uitschakelaar van de robotmaaier uit en leg hem
ondersteboven.
► Fig.68
2.
Inspecteer de staat van de maaimessen en het draaien van de
maaischijf.
Controleer de volgende punten:
•
Draait de maaischijf al met weinig kracht rond?
•
Zijn de maaimessen buitensporig gesleten, gebarsten, afgebrok-
keld, verbogen, enz.?
Maaischijf en maaimessen
► Fig.69: 1. Normaal 2. Versleten (A: 17,5 mm of minder)
3. Gebarsten 4. Afgebrokkeld 5. Verbogen 6. Maaischijf
3.
Inspecteer de staat van de bevestigingsschroeven van de
maaimessen.
Volg de procedure in de paragraaf "De maaimessen vervangen"
(pagina 112) om de bevestigingsschroeven te verwijderen, en con-
troleer de staat van de bevestigingsschroeven.
Bevestigingsschroef van het maaimes
► Fig.70: 1. Normaal 2. Gesleten 3. Bevestigingsschroef
OPMERKING: Als geen abnormaliteiten worden waargenomen
tijdens een wekelijkse inspectie, verlengt u het inspectie-interval.
OPMERKING: De levensduur van een maaimes varieert afhankelijk
van de maaiomgeving. Met name omstandigheden zoals de vol-
gende zullen de levensduur verkorten.
•
Lange maaitijd
•
Groot maaigebied
•
Gras met dikke stengels en bladeren
•
Seizoen met snelle grasgroei
•
Vuil, zand of andere materialen die aan het gras kleven
De maaimessen vervangen
WAARSCHUWING: Vervang de maaimessen aan de hand
van de procedure in deze gebruiksaanwijzing. Als het vervan-
gen wordt uitgevoerd middels een andere methode, kan dat
leiden tot een ongeval of letsel.
LET OP: Draag tijdens het vervangen van de maaimessen
altijd een veiligheidsbril en handschoenen.
LET OP: Voer het vervangen uit op een horizontaal en sta-
biel oppervlak.
KENNISGEVING: Vervang de maaimessen ongeveer 2 tot 6
weken. De gebruikstijd tot vervanging varieert afhankelijk van
de maaifrequentie en de conditie van het gras.
KENNISGEVING: Er zijn drie maaimessen. Vervang alle drie
maaimessen tegelijkertijd. Zelfs als slechts één maaimes
beschadigd is, vervangt u alle drie maaimessen.
KENNISGEVING: De volgende gereedschappen hebt u nodig
voor het vervangen van de maaimessen. Leg deze gereed-
schappen van tevoren klaar.
•
Schroevendraaier (kruiskop) (wordt gebruikt om de maaimes-
sen te verwijderen en te bevestigen)
•
Metalen stang of schroevendraaier met Φ6 mm en een lengte
van 160 mm of meer (wordt gebruikt bij het bevestigen van de
maaischijf)
Als de maaimessen buitensporig gesleten, gebarsten, afgebrokkeld,
verbogen, enz. zijn, of als de bevestigingsschroeven van de maai-
messen gesleten zijn, volgt u de onderstaande procedure en vervangt
u ze.
1.
Zet de aan-uitschakelaar van de robotmaaier uit en leg hem
ondersteboven.
2.
Zet de maaischijf vast.
Lijn de gaten in de glijplaat, maaischijf en mesafdekking met elkaar
uit en steek de metalen stang erdoor. Als de maaischijf niet kan
draaien is deze met succes vastgezet.
► Fig.71: 1. Metalen stang 2. Glijplaat 3. Maaischijf
4. Mesafdekking
112
NEDERLANDS