NEDERLANDS
Uitpakken en opstellen
Leest u s.v.p., wanneer de platenspeler deel uitmaakt van een complete
installatie, ook de van toepassing zijnde instructies van de fabrikant.
Aanwijzingen
op
het apparaat
volgen en deze daarna
med
de
verpakkingsfolie verwijderen
Verwijder de met een rood label gemerkte beveiligingsschroef
van de platenspeler en draai de transportschroeven
(Fig. 1)
kloksgewijs los tot ze ca. 15 mm naar beneden vallen
Draai de transportschroeven vast door ze kloksgewijs verder te
draaien (Fig. B).
Nu plaatst u het plateau op de motor. In de styropor verpakking
vindt U het contragewicht (1) (Fig. 2)
4
A
Draait u deze aan de achterzijde op de toonarm.
Het uitbalan-
ceren, evenals het noodzakelijke
instellen van de naaldkracht
en antiskatingkracht worden
laten uitvoerig beschreven
Informatie omtrent de juiste naaldkracht vindt U separaat bij-
gesloten bij de technische gegevens van het element
Behandeling bij transport
Het plateau wordt zonder borging op het de rotor van de elec-
tronische
centrale
aandrijving geplaatst en moet
dus bij elk
transport worden afgenomen
Let er op dat de toonarm is vergrendeld en het naaldbescherm-
kapje naar beneden is geklapt. Bovendien moeten de transport-
beveiligingsschroeven door ze linksom te draaien, omhoog te
trekken
en verder te draaien, worden
vastgezet (Fig. C). Het
contra-gewicht wordt verwijderd
Zorg bij eventuele verzending altijd voor een correcte verpak-
king, liefst de originele Dual.
Let op! Na elk transport of na plaatsing in de console moet het
apparaat eerst in een speelklare conditie worden gebracht
Daartoe zet U de toonarm vast onder de vergrendeling op de
toonarmsteun, waarna de start-stop toets in de stand START"
wordt gedrukt
s
Inbedrijfstelling en bediening
Kies het juiste toerental 33 1/3 of 45 t.p.m., ontgrendel de
toonarm en klap de naaldbeschermer naar voeren
1. Automatische start
De opzetautomaat van het apparaat is ontwikkeld voor de mo-
derne 30 en 17 cm platen (resp. I.p's en signales) en is gekoppeld
aan de toerental instelling.
Bij het toerental 33 1/3 t.p.m.
plaatst de automaat de naald in
de aanloopgroef van 30 cm langspeelplaten, bij 45 t.p.m. is de
werking analoog, maar voor 17 cm singles
Ter inleiding van de "start" of "stop" functie wordt de stuur-
toets (7) steeds in de richting "start" tot de aanslag gedrukt.
Na loslaten springt de toets automatisch weer terug in de oor-
spronkelijke stand.
De toonarm
daalt langzaam en plaatst de
aftastnaald
behoedzaam
in de aanloopgroef van de grammo-
foonplaat.
2. Bediening met de hand
a) Breng de lifthandle (6) in de stand X
b) Zet de toonarm met de hand boven de gewenste plaats van
de grammofoonplaat
c) Breng de lifthandle, door lichte aanraking in stand Y.
Opmerking
De toonarm-lift
werkt
onafhankelijk
van
de start-automaat.
Wanneer de lift in de stand Y. is geplaatst en automatisch gestart
wordt daalt de toonarm eerst op de plaat na inschakeling van
de lift door aantippen van de lifthandle.
De hoogte van de naald boven de grammofoonplaat bij stand
Y van de toonarmlift kan worden gevarieerd d.m.v. het ver-
draaien van stelschroef (4) binnen en bereik van ca. 6 mm.
3. De
grammofoonplaat
opnieuw
van voren
af aan draaien
Zet de start/stop-handle in de stand "start"
4. Tussentijdse onderbreking (pauze)
Breng de lifthandle in de stand
Y, . Na aantippen van de lift-
handle in de stand
voor opnieuw opzetten van de plaat, wor-
den de laatstgespeelde groeven nogmaals afgespeeld.
5. Uitschakelen
Plaats de toets "start/stop" in de stand ''stop"'
De toonarm
gaat naar de steun, waarna het apparaat zichzelf
uitschakelt.
Opmerking: Voor het afspelen van grammofoonplaten met af-
wijkende diameter; bijv. oude 25 cm platen dient ment de pla-
tenspeler manuaal te bedienen (Zie ''2. Bediening met de hand'')
Aan het eind van de plaat wordt de toonarm automatisch naar
de steun
teruggevoerd
onafhankelijk
daarvan of de toonarm
met de hand op de plaat is gezet of dat het apparaat automa-
tisch werd gestart, waarna het apparaat wordt uitgeschakeld.
Het is aan te bevelen de toonarm weer te vergrendelen en de
naaldbeschermer naar beneden te klappen.
Uitbalanceren van de toonarm
Bij een lage naalddruk is een juiste balansinstelling van de toon-
arm bijzonder belangrijk. De toonarm behoeft slechts een keer
uitgebalanceerd
te worden, doch
het verdient aanbeveling de
balans van tijd tot tijd te controleren.
De toonarm
is dan uitgebalanceerd, wanneer
deze zich hori-
zontaal
in vrij zwevende toestand bevindt d.w.z.
noch aan de
onderkant noch aan de bovenkant contact maakt en nadat de
arm
verticaal
in beweging
wordt gebracht deze automatisch
weer in de horizontale toestand terugkomt.
De toonarm wordt exact uitgebalanceerd door verdraaien van
het contragewicht (1)
1. Bij de nog op de toonarmsteun vergrendelde toonarm
het
plateau
met
de hand enige omwentelingen
"met de klok
mee" draaien.
2. Naaldkracht (2) op "0" zetten. Antiskating (3) uitschakelen
(wijzer staat naar links). Toonarm ontgrendelen en van steun
nemen
3. Wanneer de toonarm geen horizontale positie inneemt, door
draaien het contragewicht te de exacte balans van de toonarm
instellen.
4. Naaldkracht en antiskating instellen
Instelling naaldkracht
Elk systeem heet een eigen, juiste naaldkracht, waarbij een op-
timale weergave bereikt wordt.
Van het ingebouwde systeem
vindt U separaat de nodige technische gegevens.
Is de toonarm exact uitgebalanceerd dan kan door het verdraaien
van de naalddrukschaal (2) de voor het toonsysteem benodigde
naalddruk ingesteld worden. De naalddruk is continu instelbaar
van O tot 30 mN (0 - 3 p), waarbij de cijfers op de schaal het
volgende betekenen:
1 = 10 mN
2 = 20mN
3 = 30mN
De toonarm werkt bedrijfszeker bij een naaldkracht groter dan
5 mN (0,5 p)
1>1>1>
N D
13