nl
118 | MS 63 | Bediening
5.4
Functioneringsstoringen
In de volgende tabel worden alle mogelijke storingen opgenoemd met de daarbijbehorende oplossingen.
Andere veronderstelde functioneringsstoringen zijn voornamelijk van technische aard en moeten door gekwalifice-
erde technici gecontroleerd en verwijderd worden.
Wendt u zich in elk geval tot de bijstandsservice van de geautoriseerde wederverkoper van Beissbarth apparatuur.
i
Om de interventie te versnellen is het belangrijk gedurende het telefoongesprek de gegevens door te geven die
op het identificatieplaatje te vinden zijn (etiket aan de achterzijde van de MS 63) en het type storing.
!
Elke interventie op het elektrische, hydraulische of pneumatische systeem moet uitsluitend worden uitgevoerd
door gekwalificeerd personeel dat beschikt over een geschikte opleiding.
Storingen
De spanplaat draait in geen van beide richtingen.
Bij het naar beneden drukken van het pedaal voor de op-
spanflens, draait de spanplaat in linksomdraaiende richting.
De spanplaat levert een onvoldoende koppel over (weinig
kracht).
De spanplaat blokkeert de velg niet goed.
De hieldrukker heeft onvoldoende kracht voor het hieldruk-
ken van de band.
|
1 695 106 288
2013-10-30
Oorzaken
1. De netwerkstekker is niet aan-
gesloten.
2. De netwerkstekker is niet goed
aangesloten.
3. De druk komt niet overeen met
de voorgeschreven waarde.
1. Omkering van de fases tijdens
het aansluiten van de stekker.
2. Het pedaal wordt omhoog ge-
trokken met de voet.
1. Onjuiste netwerkspanning.
2. Onjuiste aansluiting van de fa-
ses in de stekker.
3. Transmissieriem zit los.
1. Het pneumatische systeem is
niet aangesloten op de MS 63.
2. Onvoldoende druk in het pneu-
matische systeem.
3. Het reductieventiel van de druk
is gesloten of niet goed afgesteld.
1. Er wordt een overmatige druk
uitgevoerd.
2. Het pneumatische systeem is
niet aangesloten op de MS 63.
3. Onvoldoende druk in het pneu-
matische systeem.
4. Het reductieventiel van de druk
is gesloten of niet goed afgesteld
(dit geldt voor de versies die over
een dergelijke voorziening be-
schikken).
5. De band is niet geheel leegge-
lopen.
Oplossing
1. - 2. Controleer of de net-
werkstekker goed in het stopcon-
tact zit en controleer de aanslui-
ting.
3. Controleer de voedingsspan-
ning.
1. Keer de 2 fases in de net-
werkstekker om (door een gekwali-
ficeerde elektricien).
2. Duw het pedaal naar beneden.
1. Controleer dat de netwerk-
spanning en de op het identifica-
tieplaatje aangegeven spanning
overeenkomen.
2. Controleer de juiste aansluiting
van de fases in de stekker.
3. Span de transmissieriem.
1. Sluit het pneumatische systeem
aan.
2. Regel de correcte waarde voor
de pneumatische druk.
3. Open of stel de reductieventiel
van de druk op correcte wijze af.
1. Voer de juiste druk uit op de
hieldrukker.
2. Sluit het pneumatische systeem
aan.
3. Regel de correcte waarde voor
de pneumatische druk.
4. Open of stel het reductieventiel
van de druk op correcte wijze af.
5. Verwijder het ventielelement van
het ventiel totdat de band geheel
is leeggelopen.
Beissbarth GmbH