Aesculap
Kleine boormachine GA344
►
Controleer of het instrument goed vastzit: trek aan het instrument.
►
Bij GB891R: veilige vergrendeling van de gereedschapshouder testen.
Hiervoor gereedschapshouder draaien.
►
Zorg ervoor dat de snijkanten van de gereedschappen niet mechanisch
beschadigd zijn.
►
Product voor werking activeren (stand ON).
►
Gebruik het product kort met maximaal toerental zowel rechts- als
linksdraaiend.
►
Controleer of de draairichting klopt.
►
Let op beschadigingen, onregelmatige loopgeluiden, overmatige trillin-
gen en oververhitting van het product.
►
Gebruik geen beschadigde of defecte producten.
►
Verwijder beschadigde producten onmiddellijk.
6.3
Gebruik
Coagulatie van patiëntenweefsel of verbrandings-
gevaar voor patiënten en gebruikers door heet pro-
duct!
WAARSCHUWING
►
Gebruik dit product niet voor acetabulumfrezen.
►
Koel het instrument tijdens het gebruik.
►
Leg het product/gereedschap buiten de reik-
wijdte van de patiënt neer.
►
Laat het product/gereedschap afkoelen.
►
Gebruik bij de vervanging van het werktuig een
doek om brandwonden te voorkomen.
Gevaar voor infectie door aërosolvorming!
Gevaar voor letsel door deeltjes die loskomen van
het instrument!
WAARSCHUWING
►
Neem gepaste beschermingsmaatregelen (bijv.
waterdichte beschermende kleding, gezichts-
masker, veiligheidsbril, afzuiging).
Gevaar voor letsel en/of slechte werking!
►
Voer voor elk gebruik een functionele test uit.
WAARSCHUWING
Gevaar voor verwonding door gebruik van het pro-
duct buiten het gezichtsveld!
►
Gebruik het product alleen onder visuele con-
WAARSCHUWING
trole.
Gevaar voor verwonding en beschadiging van het
werktuig/systeem!
Het roterende gereedschap kan afdekdoeken
WAARSCHUWING
(bijv. textiel) vastgrijpen.
►
Laat het gereedschap tijdens gebruik nooit met
afdekdoeken (bijv. textiel) in aanraking komen.
112
Acculan 4
®
Opmerking
De aandrijfmotor van het product wordt gebruikt met een magnetisch sen-
sorsysteem. Om een abusievelijke start van de motor te voorkomen, mag
het product niet worden blootgesteld aan magnetische velden (bijv. mag-
netische instrumentenpanelen).
Opmerking
De zachte fluittoon bij het opstarten van het product is te wijten aan het
ontwerp.
6.3.1
Normaal-bedrijf
Gebruik het product in rechtsloop:
►
De drukknop voor de toerentalregeling 2 bedienen.
Het toerental van het product 1 wordt overeenkomstig het gebruikte
opzetstuk traploos geregeld.
Gebruik het product in linksloop:
►
Drukknop voor linksloop 11 helemaal indrukken en ingedrukt laten.
►
De drukknop voor de toerentalregeling 2 indrukken.
Het toerental van het product 1 wordt overeenkomstig het gebruikte
opzetstuk traploos geregeld.
6.3.2
Draadsnijwerking resp. oscillerende werking
Draadsnijwerking resp. oscillerende werking activeren:
►
Drukknop voor linksloop 11 voor 3 s ingedrukt houden.
Er klinken éénmalig meerdere signaaltonen.
Draadsnijwerking:
►
De drukknop voor de toerentalregeling 2 tot maximaal de helft indruk-
ken.
Het product 1 draait stapsgewijs linksom en rechtsom, waarbij de
draaihoek rechtsom groter is dan de draaihoek linksom.
Oscillerende werking:
►
De drukknop voor de toerentalregeling 2 helemaal indrukken.
Product 1 draait afwisselend linksom en rechtsom.
Linksdraaien inschakelen:
►
De drukknop voor de toerentalregeling 2 en bovendien de drukknop
voor linksloop 11 indrukken.
Het product 1 draait linksom.
Draadsnijwerking resp. oscillerende werking deactiveren:
►
Drukknop voor linksloop 11 voor 3 s ingedrukt houden.
Er klinken éénmalig meerdere signaaltonen.