Sime Planet Dewy 60 BFR Manual De Instrucciones página 87

Ocultar thumbs Ver también para Planet Dewy 60 BFR:
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 31
2.8
LOGICA REMOTE CONTROL
Alle functies van de ketel kunnen door een
digitaal multifunctioneel systeem bestuurd
worden, dat als optie verkrijgbaar is,
bestelnr. 8092204 om de ketel van een
afstand te controleren en voor de klimaat-
regeling in het vertrek met een werkingsre-
serve van 12 uur. De regeling van het ver-
warmingscircuit wordt gestuurd door de
omgevingstemperatuurvoeler die in het
apparaat ingebouwd is of door de atmosfe-
rische omstandigheden met of zonder
invloed van de omgeving als de ketel op een
buitenvoeler aangesloten is.
Kenmerken:
– Ergonomische bedieningsunits die onder-
verdeeld zijn volgens de functie (bedie-
ningsniveaus).
– Duidelijke verdeling van de basisfuncties:
• het werkingsregime, de correctie van de
ingestelde waarde en de aanwezigheids-
toets zijn rechtstreeks toegankelijk;
• de verschillende huidige werkelijke
waarden zijn toegankelijk door middel
van de "Info" toets;
• na opening van het deksel kunnen er
andere functies geprogrammeerd
worden;
• speciaal serviceniveau met beveiligde
toegang.
– Elke instelling of wijziging wordt op het
display weergegeven en bevestigd.
– Regeling van de tijd (speciale regel om de
zomer- en de wintertijd te veranderen).
– Verwarmingsprogramma met max. 3
verwarmingsperiodes per dag, die indivi-
dueel ingesteld kunnen worden.
– Kopieerfunctie voor een makkelijke over-
dracht van het verwarmingsprogramma
naar de volgende of de vorige dag.
– Vakantieprogramma: de programmering
INSTELLINGEN VAN HET VERWARMINGSCIRCUIT
Vorstbeveiliging "ingestelde
omgevingstemperatuurwaarde"
Zomer/winter
omschakeltemperatuur
Type regeling:
0 = met invloed van de omgeving
1 = zonder invloed van de omgeving
Invloed van de omgevingstemperatuur
wordt gedurende de vastgestelde vakan-
tieperiode onderbroken en wordt auto-
matisch op de dag van thuiskomst weer
hervat.
– Mogelijkheid om het verwarmingspro-
gramma weer op de standaard waarden
in te stellen.
– Blokkering van de programmering (kin-
derbeveiliging).
Functies:
– Regeling van de toevoertemperatuur
ges tuur d door de atmosf er ische
omstandigheden waarbij rekening wordt
gehouden me t de situatie van he t
gebouw.
– Regeling van de toevoertemperatuur
ges tuur d door de atmosf er ische
omstandigheden met de invloed van de
omgevingstemperatuur.
– Eenvoudige regeling van de omgevings-
temperatuur.
– Regelbare invloed van de afwijking van de
omgevingstemperatuur.
– Optimalisering van de ontsteking en het
doven.
– Snelle verlaging.
– ECO functies (dagverwarmingsbegrenzer
van de ver war ming, aut omatische
zomer/winter schakelaar).
– Maximum regelbare grens van de toe-
voertemperatuur (specifiek voor vloerin-
stallaties).
– Beperking van de stijging van de ingestel-
de waarde van de toevoertemperatuur.
– Vorstbeveiliging voor de gebouwen.
– Besturing van het sanitaire water met
instelling van de nominale waarde.
– Aansluiting van een omgevingsvoeler of
omschakeling van het werkingsregime
door middel van het telefoonnet met een
extern contact of een afstandscontact.
– Legionellafunctie.
De verwarming vindt plaats op deze ingestelde waarde, als de installatie in
51
stand-by geactiveerd is (bijv. tijdens de vakantie). Op die manier wordt de
vorstbeveiligingsfunctie van het gebouw geactiveerd waardoor voorkomen
wordt dat de omgevingstemperatuur te veel daalt.
Met deze parameter kan de automatische zomer/winter omschakeltempe-
52
ratuur geregeld worden.
Met deze parameter kan de invloed van de omgeving en dus alle optimalise-
53
ringen en aanpassingen geïnactiveerd worden. Als er geen geldige buitentem-
peratuur wordt doorgegeven dan gaat de regelaar over op de variant van de
eenvoudige regeling van de omgevingstemperatuur.
Als de omgevingsregelaar uitsluitend gebruikt wordt als afstandsbediening
54
(geplaatst in het referentievertrek en zonder dat de buitenvoeler aangesloten
is), moet de waarde op 0 (nul) ingesteld worden. Als de afwijking van de
omgevingstemperatuur ten opzichte van de ingestelde waarde gedurende de
hele dag hoog blijft, dan moet de invloed verhoogd worden.
Als de omgevingstemperatuur om en nabij de ingestelde waarde is (schom-
meling van de regeling), dan moet de invloed verlaagd worden.
Opmerking: Als de constante voor de invloed van de omgevingstempera-
tuur op 0 ingesteld is, dan wordt de aanpassing van de verwarmingskrom-
me geïnactiveerd. In dat geval heeft parameter 57 geen enkel effect.
2.8. 1
Installatie
Het toestel dient geïnstalleerd te worden in
de ruimte waarin men overwegend verblijft.
Ten aanzien van de montage dienen de aan-
wijzingen die in de verpakking zitten in acht
genomen te worden.
Nu kan de monteur door de knop van de
keuzeschakelaar op (
) te zetten, de
instellingen van de basisparameters aan-
passen op basis van de persoonlijke eisen
(punt 2.9.2).
Wanneer er een radiatorthermostaatklep
aanwezig is moet deze op de maximum
doorlaat ingesteld worden.
2.8.2
Door de monteur
te verrichten handelingen
De instellingen van de basisparameters op
basis van de persoonlijke eisen staan zowel
op het blad met aanwijzingen dat bij de
regelaar "Logica Remote Control" gevoegd
is als in deze handleiding in het gedeelte dat
bestemd is voor de gebruiker.
Ten aanzien van verdere regelmogelijkhe-
den door de monteur biedt de "Remote
Control Logica" een service- en parameter-
instellingsniveau dat alleen via een speciale
toetsencombinatie geactiveerd kan wor-
den.
Om het service- en parameterinstellingsni-
veau te activeren moeten de toetsen
en
minimaal 5 seconden lang
gelijktijdig ingedrukt gehouden worden. Op
die manier wordt het parameterinstellings-
niveau geactiveerd.
Daarna moeten de afzonderlijke invoerre-
gels met de pijltoetsen geselecteerd wor-
den en de waar den met
geregeld worden.
IT
ES
FR
BE
GB
RO
RUS
of
85

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido