Een afdekkap met open ruimte installeren
Laat de afdekkap op de pompput zakken als de vulgrond is
samengeperst tot het bovenste niveau van de pompput. ZIe afb.
17
en 18.
Na de installatie moet er een open ruimte van 150 mm zijn tussen
de afdekkap en de put. ZIe afb.
Grondniveau
Betonnen ring
Samenge-
perste vul-
grond
Afb. 17 Afdekkap die is goedgekeurd voor verkeer, dwarsdoor-
snede
Afb. 18 Afdekkap die is goedgekeurd voor verkeer
Als de betonnen ring ter plekke moet worden gestort,
raadpleegt u het boekje 98697625 voor de afmetin-
gen bij het storten. Dit document is beschikbaar op
www.grundfos.com, in het Grundfos Product Center.
Gebruik de QR-code of het webadres hieronder om toe-
gang tot het boekje te krijgen.
net.grundfos.com/qr/i/98697625
17
en 18.
Afdekkap
Open ruimte: 150 mm
Bovenste niveau van
de put
Put
4.6 De ontluchtingsleiding aansluiten
We adviseren u de put te voorzien van een ontluchtingspijp (toe-
behoren). Zie paragraaf
4.4 De leidingen
Afb. 19 Put met ontluchtingspijp aan de bovenkant
Afb. 20 Put met ontluchtingspijp aan de zijkant
4.7 Een achteraf ingebouwde inlaat installeren
Een achteraf ingebouwde inlaat moet worden geïnstalleerd vol-
gens de instructies van Grundfos. De inlaat moet zich altijd boven
het startniveau van de pomp bevinden om sedimentatie in de
inlaatleiding te vermijden.
Houd u aan de volgende regels bij het installeren van de inlaat:
•
Als meer dan één inlaat wordt geïnstalleerd, moet de minimale
afstand tussen de inlaten 200 mm bedragen.
•
Als de put een serviceplatform bevat, moet de inlaat hieronder
worden geïnstalleerd.
•
De inlaatlocatie moet zo ver mogelijk van de pompinlaten ver-
wijderd zijn.
•
De stroomsnelheid bij de inlaat mag niet hoger zijn dan 1,2 m/
s om het ontstaan van wervelingen in de put te vermijden. Zie
afb. 21.
•
De valhoogte van de inlaat moet altijd tot een minimum wor-
den beperkt en mag niet meer zijn dan 1 m bij een laag water-
peil.
aansluiten.
11