dingskabel aan de binnenkant, maar kan worden vervangen)
• Gebruik de oven niet om voedsel of vloeistoffen in een ge-
sloten container te bereiden, omdat de container kan explo-
deren.
Beoogd gebruik
• Dit apparaat is bedoeld voor commerciële toepassingen, bij-
voorbeeld in keukens van restaurants, kantines, ziekenhuizen
en commerciële ondernemingen zoals bakkerijen, slagerijen,
enz., maar niet voor continue massaproductie van voedsel.
• Het apparaat is ontworpen voor het langzaam bereiden of
regenereren van voedsel, door middel van een gecontroleerd
proces. Elk ander gebruik kan leiden tot schade aan het ap-
paraat of persoonlijk letsel.
• Gebruik van het apparaat voor enig ander doel wordt be-
schouwd als misbruik van het apparaat. De gebruiker is als
enige aansprakelijk voor onjuist gebruik van het apparaat.
Aarding installatie
Dit apparaat is geclassificeerd als beschermingsklasse I en
moet worden aangesloten op een beschermende aarding. Aar-
ding vermindert het risico op elektrische schokken door een
ontsnappingsdraad voor de elektrische stroom te leveren.
Dit apparaat is uitgerust met een netsnoer met aardingsstek-
ker of elektrische aansluitingen met aardingsdraad. De aan-
sluitingen moeten correct worden geïnstalleerd en geaard.
Bedieningspaneel
(Afb. 1 op pagina 3)
1. Knop Stand-by
2. Knop Functieselectie
3. Instelling verlagen (temperatuur/tijd)
4. Instelling verhogen (temperatuur/tijd)
5. Knop Start / Pauze
6. Digitaal display
7. Stroomindicatorlampje
8. Indicatielampje kamertemperatuur
9. Indicatorlampje interne voedseltemperatuur (gebruik de
meegeleverde kernthermometer)
10. Indicatielampje timer
11. Controlelampje voor de temperatuur vasthouden
12. Controlelampje werking
13. Groene AAN/UIT-schakelaar
Voorbereiding voor gebruik
• Verwijder alle beschermende verpakkingen en wikkels.
• Controleer of het apparaat in goede staat verkeert en alle
accessoires heeft. Neem in geval van onvolledige of bescha-
digde levering onmiddellijk contact op met de leverancier.
Gebruik het apparaat in dit geval niet.
• Reinig de accessoires en het apparaat voor gebruik (zie ==>
Reiniging en onderhoud).
• Zorg ervoor dat het apparaat volledig droog is.
• Plaats het apparaat op een horizontaal, stabiel en hittebe-
stendig oppervlak dat veilig is tegen waterspatten.
• Bewaar de verpakking als u van plan bent uw apparaat in de
toekomst op te bergen.
• Bewaar de gebruikershandleiding voor toekomstig gebruik.
OPMERKING! Vanwege productieresten kan het apparaat tij-
dens de eerste paar keer gebruik een lichte geur afgeven. Dit is
normaal en duidt niet op een defect of gevaar. Zorg ervoor dat
het apparaat goed geventileerd is.
• Volg altijd de HACCP-voorschriften.
Bedieningsinstructies
(Afb. 1 op pagina 3)
Starten
• Sluit de stekker aan op een geschikt stopcontact en druk de
groene AAN/UIT-schakelaar aan de achterkant in de stand
"I". Druk op de stand-byknop (1).
• De oven piept één keer en vervolgens branden alle controle-
lampjes (7) tot (11) en het display (6) gedurende 0,5 seconde.
Daarna brandt het controlelampje (7) om aan te geven dat de
oven klaar is voor gebruik (in de stand-bymodus).
Selectiefunctie
• Wanneer de oven in de stand-bymodus staat, kunt u de func-
tie kiezen met de "keuzeknop" (2), en de controlelampjes (8),
(9), (10) & (11) gaan branden om aan te geven welke functie
is gekozen.
- (8) is AAN → kamertemperatuur is geselecteerd voor aan-
passing.
- (9) is AAN → Interne kerntemperatuur is geselecteerd voor
aanpassing.
- (10) is AAN → timer is geselecteerd voor aanpassing.
- (11) is AAN → houdtemperatuur is geselecteerd voor aan-
passing.
• U kunt vervolgens de waarde wijzigen met de instelknoppen
(3) & (4).
• U kunt de regelwaarden ook wijzigen wanneer de oven in de
bedrijfsmodus staat door op de selectieknop (2) te drukken en
vervolgens de waarden te wijzigen met de instelknoppen (3) &
(4). Na het wijzigen van de waarden gaat de oven door met de
werking (opnieuw in de bedrijfsmodus).
• Wanneer de stand-byknop (1) wordt ingedrukt, worden alle
vorige instellingen (kamer, kern, bewaartemperatuur) gean-
nuleerd. De oven staat weer in de stand-bymodus.
OPMERKING: Als er onjuiste regelwaarden zijn ingevoerd wan-
neer de oven in de stand-bymodus staat (bijvoorbeeld als de
kamertemperatuur lager is ingesteld dan de omliggende tem-
peratuur of als de TIMER is ingesteld op 000), piept de oven 6
keer nadat u op de "Start / Pauze"-knop (5) hebt gedrukt en
vervolgens in de wachtmodus gaat.
Waardebereik regeling
• Kamertemperatuur (8): 30 – 120 °C
• Interne voedseltemperatuur (9): Tot 100 °C (mits interne
voedseltemperatuur < kamertemperatuur)
• Timer (10): 0 – 60 uur
• Houdtemperatuur (11): Tot 100 °C (geleverd bij een tempera-
tuur < kamertemperatuur)
Bediening
• Als de oven in de stand-bymodus staat, start u het apparaat
door op de toets "Start / Pauze" (5) te drukken. Het "Be-
dieningsindicatielampje (12) en het controlelampje voor de
houdtemperatuur (11) branden. Na enkele seconden toont
het display (6) de PRESET-temperatuur en de WERKELIJKE
temperatuur van de kamer (de oven staat in de bedrijfsmo-
dus).
• Wijzig tijdens de werking de regelwaarden door op de "Se-
lectieknop" (2) te drukken en wijzig vervolgens de waarden
NL
15