1 Veiligheidsinstructies
1.3 m.b.t. hete stoom en hete onderdelen
Richt de stoomvoet nooit op personen, dieren of
planten. Richt de stoomvoet steeds omlaag op de te
reinigen ondergrond.
Let er ook dan op dat lichaamsdelen nooit onder de stoom-
voet terecht kunnen komen. Gebruik het apparaat nooit zon-
der schoenen te dragen. Er bestaat verbrandingsgevaar.
Leg het apparaat nooit op zijn kant zolang het in werking is.
Gebruik het apparaat nooit terwijl u het horizontaal of zelfs bo-
ven uw hoofd houdt. Laat het apparaat nooit zonder toezicht
achter als het in werking is. Er bestaat verbrandingsgevaar.
Richt de stoomvoet niet op elektrische apparaten, stopcon-
tacten, kabels enz. of op de binnenkant van ovens. Ga heel
voorzichtig te werk, als zich in de bodem stekkerdozen en
dergelijke bevinden. Er bestaat het gevaar van een elektri-
sche schok.
Gebruik het apparaat niet voor het reinigen van drukvaten
of van vaten, bakken of potten, waarvan u de inhoud niet kent.
Er bestaat barst- of explosiegevaar.
Laat hete delen van het apparaat en hete toebehoren,
vooral de microvezel-reinigingsdoek, eerst afkoelen, voordat
u ze aanraakt. Draag het apparaat uitsluitend aan de hand-
greep of aan de transportgreep.
Let op dat u de stoomreiniging niet te lang op één plek uit-
voert. Anders kan de ondergrond beschadigd raken.
Zorg tijdens en na het werk voor goede ventilatie.
86