NL
9.0 ONDERHOUD
Voordat u enig onderhoud gaat uitvoeren is het noodzakelijk om de elektrische beschermingsschakelaar te ont-
koppelen en de water- en gastoevoer die op het apparaat zijn geïnstalleerd te sluiten.
De oven dient aan het einde van elke werkdag te worden gereinigd, uitsluitend met de producten die hiervoor
geschikt zijn.
De buitenste onderdelen van roestvrij staal dienen:
1. gereinigd te worden met lauwwarm water en zeep;
2. te worden gespoeld met water;
3. zorgvuldig te worden afgedroogd.
Vermijd ten alle tijde het gebruik van schrapers, staalwol en materialen van gewoon staal, aangezien ze de
oppervlakken kunnen schuren en ijzerdeeltjes kunnen achterlaten die door oxidatie roestvorming tot gevolg
kunnen hebben.
REINIG HET APPARAAT NIET MET OVERVLOEDIG WATER.
GEBRUIK VOOR HET REINIGEN VAN HET ROESTVRIJ STAAL GEEN REINIGINGSMIDDELEN OP BASIS
VAN CHLOOR (BLEEKMIDDEL, ZOUTZUUR), ZELFS NIET ALS DEZE VERDUND ZIJN IN WATER.
De ovenruimte dient na elk bereidingsproces te worden gereinigd van etens- en vetresten.
9.1 HANDELEN IN GEVAL VAN STORINGEN OF INDIEN HET APPARAAT LANGDURIG NIET IN
GEBRUIK IS
Wanneer het toestel gedurende langere tijd niet gebruikt wordt:
1 – Schakel de hoofdschakelaar uit
2 – Schakel het aan/uit-ventiel voor het water uit (beide bevinden zich stroomopwaarts van de oven);
3 – Laat de deur open voor de luchtcirculatie en om slechte geurtjes te voorkomen;
4 – Breng met een doek een dunne beschermlaag aan van vaseline op de roestvrijstalen oppervlaktes.
Indien de oven niet goed werkt, defect raakt, of wanneer de veiligheidsthermostaat wordt geactiveerd, schakel
dan de oven uit, ontkoppel de elektriciteit en het water en waarschuw de dienst voor technische bijstand.
Alle installatie, onderhouds en reparatiewerkzaamheden mogen alleen door erkend en bekwaam per-
soneel te worden verricht.
10.0 TIPS VOOR HET BEREIDEN
Voor het beste resultaat adviseren wij om GASTRO-
NORM bakplaten te gebruiken en om ervoor te zor-
gen dat er altijd een minimale ruimte van 3 cm open
blijft tussen het te bereiden voedsel en de bakplaat
erboven, zodat de lucht goed kan circuleren.
De hoogte van het voedsel moet ongeveer dezelf-
de zijn als de hoogte van de schalen. Dunne lagen
voedsel in schalen van 65 en 80 mm kunnen op een
weinig uniforme manier garen.
Het is raadzaam om ervoor te zorgen dat het te bereiden voedsel niet boven de rand van de bakplaat uitsteekt;
indien dit niet mogelijk is plaats dan geen bakplaat vlak erboven.
Het garen van verschillende voedselsoorten kan gelijktijdig en aan dezelfde temperatuur gebeuren.
Om smaakcontaminatie te vermijden plaatst u het voedsel met de sterkste smaak bovenaan in de ovenruimte en
opent u het ontluchtingsventiel.
Voor een optimale keuze van de baktemperatuur dient u de volgende regel in acht te nemen: kies een tempera-
tuur die ongeveer 20% lager is dan welke u zou kiezen bij een traditionele oven zonder ventilatie.
146