45.1 Werking en productvoordelen van inductiekookplaten
Bij een inductiekookplaat wordt de warmte niet door een verwarmingselement via de pan
op de etenswaren overgedragen maar de benodigde warmte wordt m.b.v. inductiestromen
direct in de pan gebracht.
Een inductiespoel onder de glazen keramische kookplaat wekt een elektromagnetisch
wisselveld op, dat door dringt in de glazen keramische kookplaat en in de bodem van de
pan de warmte opwekkende stroom induceert.
Voordelen van een inductiekookplaat
Energiezuinig koken door directe energieoverdracht op de pan.
Verhoogde veiligheid, doordat de energie alleen wordt overgedragen als er een pan op
Hoge opwarmsnelheid
staat.
Energieoverdracht tussen inductiekookzones en panbodem met hoog rendement..
Gering verbrandingsgevaar omdat de kookoppervlakte alleen door de bodem van de
pan wordt verwarmd.
Overgelopen etenswaren branden niet aan.
Snelle, lichte regeling van de energietoevoer.
45.2 Aanwijzingen voor kookgerei
Het voor de inductiekookoppervlakte te gebruiken kookgerei moet uit metaal zijn,
magnetische eigenschappen hebben en over voldoende vlakke bodemruimte beschikken.
Zo kunt u vaststellen of het kookgerei geschikt is:
Stel vast of het kookgerei een aanwijzing bevat die duidt op koken met inductiestroom of
voer de volgende magneettest uit :
Breng een magneet (bv. een magneet van een magneetbord) naar
de bodem van uw pan. Wordt de magneet sterk aangetrokken, dan
kunt u deze pan op de inductiekookoppervlakte gebruiken.
De volgende tabel dient als houvast voor het kiezen van het juiste
kookgerei::
Geschikt kookgerei
Kookgerei met ferromagnetische
(ijzerhoudende) bodem
Geëmailleerde pan of pot uit staal met een
sterke onderkant
Gietijzeren pan of pot met geëmailleerde
onderkant
Pan of pot uit roestvrij staal met meerdere
lagen, roestvrij ferriet staal resp. aluminium
met een speciale onderkant
Ongeschikt kookgerei
Kookgerei uit koper, aluminium, vuurvast
glas en ander niet-metaal kookgerei
Potten of pannen uit roestvrij staal zonder
magnetische ijzerkern
Potten of pannen die geen vlakke laag op
de kookplaat hebben
Potten of pannen met een bodemdoorsnee
kleiner dan 14 cm. en groter dan 24 cm.
102