1.4 Stroomaansluiting
Voor aansluitwaarden zie technische gegevens.
De aangegeven spanning op het typeplaatje
moet overeenkomen met de spanning van de
stroombron.
Opmerking:
Wanneer u een verlengkabel gebruikt, moet
deze altijd helemaal van de kabeltrommel
zijn gewikkeld en een voldoende doorsnede
hebben:
10 m = 1,5 mm², 30 m = 2,5 mm².
1.5 Wateraansluiting
Voor aansluitwaarden zie technische gegevens.
Watertoevoerslang tussen het apparaat en
de waterleiding aanbrengen (slang wordt niet
meegeleverd).
Opmerking:
Verontreinigingen in het toevoerwater
kunnen het apparaat beschadigen. In dit
geval bevelen wij het gebruik van een
waterfilter aan, aansluiting R1" (bestelnr.
2.638-270).
Zuigen
Wanneer u water uit een open reservoir wilt
opzuigen, dient u met het volgende rekening te
houden:
–
Koppelstuk van de wateraansluiting van het
apparaat losschroeven en een zuigslang met
filter rechtstreeks aan het apparaat aansluiten
(bestelnr. 4.440-238).
–
Pomp zonder hogedrukslang laten lopen, tot
het water zonder bellen op de hogedrukuitgang
naar buiten komt.
–
Daarna hogedrukslang weer aansluiten.
1. Ingebruikname
1.6 Toepassingen
Gebruikt u het apparaat voor het reinigen van
machines, auto's, gebouwen, gereedschap
etc.
Gevels, terrassen en tuingereedschap zonder
reinigingsmiddel uitsluitend met de
hogedrukstraal reinigen. Voor hardnekkig vuil
adviseren wij als speciaal toebehoren de
vuilfrees.
Reinigingen van motoren mogen uitsluitend
worden uitgevoerd op plaatsen waar een olie-
afscheider aanwezig is (milieubescherming).
Wanneer het apparaat wordt gebruikt op
tankstations of op andere gevaarlijke plaatsen,
moe-ten de op die plaats van toepassing
zijnde veiligheidsvoorschriften in acht worden
genomen.
NL
35