Technische gegevens
Lijnlaser
Zaaknummer
Werkzaamheden buitenshuis
Werkzaamheden binnenshuis
Loodstraal naar beneden
Laserkruis op het plafond
Afzonderlijk selecteerbare, zicht-
bare laserlijnen
Werkbereik
– Zonder laserontvanger ca.
– Met laserontvanger ca.
Waterpastijd kenmerkend
Zelfwaterpasbereik kenmerkend
Laserklasse
Lasertype
Meetnauwkeurigheid
– Horizontale en verticale lijnen
op 1 m
– Loodstraal naar boven op 1 m
– Loodstraal naar beneden op
1 m
– 90° verticale lijn op 1 m
Batterijen (alkali-mangaan)
Accu's (NiMH)
Gewicht volgens
EPTA-Procedure 01/2003
Beschermingsklasse
Montage
Batterijen inzetten of vervangen
Voor het gebruik van het meetgereedschap worden
alkalimangaanbatterijen of NiMH-accu's geadviseerd.
De batterij-indicatie 8 begint rood te knipperen als de
batterijen bijna leeg zijn. Als de batterij-indicatie 8
continu rood brandt, wordt het gereedschap spoedig
uitgeschakeld.
– Open het batterijvak 5.
– Let bij het inzetten van de batterij op de juiste pool-
aansluitingen overeenkomstig de afbeelding op
het batterijvak.
– Vervang altijd alle batterijen tegelijkertijd. Gebruik
alleen batterijen van één fabrikant en met dezelfde
capaciteit.
2 610 A15 120 • 25.11.09
XLP-34
F 034 K63 800
Gebruik
Ingebruikneming
3
30 m
55 m
≤ 15s
± 3°
2M
635 nm,
<1 mW
± 0,2 mm
± 0,6 mm
± 0,3 mm
± 0,2 mm
3 x 1,5 V (AA)
3 x 1,2 V (AA)
0,7 kg
In- en uitschakelen
IP 54 (stof- en
Als u het meetgereedschap wilt inschakelen, drukt u
spatwaterbe-
op de aan/uit-toets 2. Onmiddellijk na het inschakelen
scherming)
zendt het meetgereedschap twee verticale laserstra-
len uit de laserstraalopeningen 4.
Als u het meetgereedschap wilt uitschakelen drukt
u gedurende ca. 2 seconden op de aan/uit-toets 2 tot
de batterij-indicatie 8 en de LED voor de handontvan-
germodus 9 snel knipperen.
Loodpunt beneden
Als het meetgereedschap ingeschakeld is, drukt u de
aan/uit-toets 2 kort in om het loodpunt naar beneden
in te schakelen.
Functie kiezen (zie afbeelding A)
Druk op de functietoets 3:
1 x
2 x
3 x
4 x
Neem de batterijen uit het meetgereedschap
als u het langdurig niet gebruikt. Als de batte-
rijen lang worden bewaard, kunnen deze gaan
roesten en leegraken.
Bescherm het meetgereedschap tegen vocht
en fel zonlicht.
Stel het meetgereedschap niet bloot aan
extreme
temperaturen
schommelingen. Laat het bijvoorbeeld niet lange
tijd in de auto liggen. Laat het meetgereedschap
bij grote temperatuurschommelingen eerst op de
juiste temperatuur komen voordat u het in gebruik
neemt. Bij extreme temperaturen of temperatuur-
schommelingen kan de nauwkeurigheid van het
meetgereedschap nadelig worden beïnvloed.
Voorkom heftige schokken of vallen van het
meetgereedschap. Na sterke externe inwerkin-
gen op het meetgereedschap dient u, voordat u de
werkzaamheden voortzet, altijd een nauwkeurig-
heidscontrole uit te voeren (zie „Nauwkeurigheids-
controle van het meetgereedschap", pagina 44).
Horizontale lijn actief
Horizontale en verticale lijnen actief
Handmatige modus, alle lijnen zijn zichtbaar.
De LED voor de handontvangermodus knippert
in de handmatige modus langzaam. Dit bete-
kent niet dat de handontvangermodus actief is.
De waterpasmodus is gedeactiveerd en is
gestopt in de positie waarin deze bij de active-
ring van de handmatige modus was.
Automatische functie, verticale lijnen actief
of
temperatuur-
Nederlands | 43