beter om het toestel een paar uur intens te
laten branden, dan lange tijd laag te stoken.
Regel de luchttoevoer met de luchtschuif in de
deur.
Open de deur altijd voorzichtig.
Direct na het bijvullen de deur sluiten.
Regelmatig een kleine hoeveelheid houtblokken
bijvullen is beter dan veel houtblokken tegelijk.
Doven van het vuur
Vul geen brandstof bij en laat de kachel gewoon
uitgaan. Als een vuur wordt getemperd door de lucht-
toevoer te verminderen, komen schadelijke stoffen
vrij. Laat daarom het vuur vanzelf uitbranden. Houd
toezicht op het vuur totdat het goed is gedoofd. Als
het vuur volledig is gedoofd kunnen alle lucht-
schuiven worden gesloten.
Ontassen
Na het stoken van hout blijft een relatief kleine
hoeveelheid as over. Dit asbed is een goede isolator
voor de stookbodem en geeft een betere
verbranding. Laat daarom gerust een dun laagje as
op de stookbodem liggen.
De overtollige as kunt u met een schepje verwij-
deren.
Nevel en mist
Nevel en mist belemmeren de afvoer van
rookgassen door de schoorsteen. Rook kan
neerslaan en stankoverlast geven. Als het niet echt
nodig is, kunt u bij nevel en mist beter niet stoken.
Eventuele problemen
Raadpleeg de bijlage "Diagnoseschema" om
eventuele problemen bij het gebruik van het toestel
op te lossen.
Tijdens het opwarmen en afkoelen van het toestel
kan er een tikkend geluid waargenomen worden. Dit
is een normaal verschijnsel dat veroorzaakt wordt
door het uitzetten of krimpen van het materiaal.
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
Onderhoud
Volg de onderhoudsinstructies in dit hoofdstuk om
het toestel in goede staat te houden.
Schoorsteen
In veel landen bent u wettelijk verplicht de schoor-
steen te laten controleren en onderhouden.
Aan het begin van het stookseizoen: laat de
schoorsteen vegen door een erkend schoor-
steenveger.
Tijdens het stookseizoen en nadat de schoor-
steen lange tijd niet is gebruikt: laat de schoor-
steen controleren op roet.
Na afloop van het stookseizoen: sluit de schoor-
steen af met een prop krantenpapier.
Schoonmaken en ander
regelmatig onderhoud
Maak het toestel niet schoon wanneer het nog
warm is.
Maak de buitenkant van het toestel schoon met
een droge niet pluizende doek.
Na afloop van het stookseizoen kunt u de binnenkant
van het toestel goed schoonmaken:
Verwijder eventueel eerst de vermiculiet binnen-
platen. Zie het hoofdstuk "Installatie" voor
instructies voor het verwijderen en aanbrengen
van binnenplaten.
Maak eventueel de luchtaanvoerkanalen schoon.
Bij een demontabele vlamplaat: verwijder de
vlamplaat boven in het toestel en maak deze
schoon.
Vuurvaste binnenplaten con-
troleren
De vuurvaste binnenplaten zijn verbruiksonderdelen
die aan slijtage onderhevig zijn. Vermiculiet binnen-
platen zijn kwetsbaar. Stoot niet met houtblokken
tegen de binnenplaten. Controleer de binnenplaten
regelmatig en vervang ze indien nodig.
Zie het hoofdstuk "Installatie" voor instructies voor
het verwijderen en aanbrengen van binnenplaten.
D OVRE
15