LIJST MET TERMEN #1
1. Vaste schouderbanden, 2. Stelgespen schouderbanden (#5.2), 3. Beenbanden, 4. Benen
automatische sluiting lus, regelbaar aan één kant (#5.1), 5. Borstriem met borstbevestigingspunt (A),
6. Beierse automatische sluitingslus, regelbaar aan één kant (#5.1), 7. Rugbevestigingspunt (A), 8.
Verklikker valactivatie van harnas (#7).
WAARSCHUWINGEN :
- Vóór elk gebruik van dit product moet u deze handleiding lezen en zorgvuldig bewaren.
- Bij eventuele verkoop van dit product buiten het land waar het product oorspronkelijk voor bestemd
was, moet de wederverkoper deze gebruiksaanwijzing opstellen in de taal van het land waar het
gebruikt wordt.
- Werken op hoogte is gevaarlijk, alleen iemand met een uitstekende gezondheid en een goede
lichamelijke conditie mag dit werk uitvoeren en optreden in eventuele noodsituaties.
- Deze uitrusting vormt een veiligheidsmiddel dat van levensbelang is. Bij verkeerd gebruik loopt de
gebruiker kans op een dodelijk ongeval bij vallen.
- Er wordt aan herinnerd dat bij een valbeveiligingssysteem alleen een valharnas EN361 gebruikt kan
worden voor de grip van het lichaam.
- Deze veiligheidsharnassen zijn niet geschikt om hangend te werken (risico op orthostatische shock).
- Het wordt aanbevolen om dit product persoonlijk toe te kennen aan één enkele gebruiker.
- Het gebruik van dit product kan slechts gedaan worden door een persoon die daartoe opgeleid en
bevoegd is of onder diens toezicht.
- Zorg voor en tijdens het gebruik voor een voorzien of bekend reddingsplan opdat efficiënt en veilig
kan worden opgetreden.
BESCHRIJVING #2
Deze valharnassen zijn Persoonlijke Beschermingsmiddelen (PBM [EPI]) tegen het vallen van hoogte
conform de norm EN361: 2002. Het afstelsysteem en de verschillende maten (#3) zorgen voor
comfortabel gebruik en totale veiligheid.
Deze valharnassen zijn gemaakt van een band van gerecyclede polyester met een breedte van 44
mm, onderling genaaid en verbonden door stelgespen en metalen sluitingen.
De bevestigingspunten voor de valbeveiliging worden aangeduid met een «A» (Rug- en
borstbevestigingspunten). Elke bevestigingspunt die niet is aangeduid met «A» mag niet gebruikt
worden als bevestigingspunt voor valbeveiliging.
AANTREKKEN VAN HET HARNAS #4
1 : Het harnas vastpakken bij de rugbevestiging en indien nodig de riemen ontwarren.
2 : Eén voor éen de schouderbanden omdoen, als een vest, zonder de banden te laten kronkelen.
3 : De borstband vastkoppelen en verstellen al naar gelang de maat (#5.1).
4 en 5 : De beenbanden optrekken tot aan het kruis en vervolgens elke beenband vastkoppelen
en instellen (#5.1).
6 : De schouderbanden verstellen en straktrekken met de schouderbandgespen (#5.2).
(Automatisch sluitende gespen #5.1) & (Afstelgespen schouderbanden #5.2) : 1. Langer maken / 2.
Korter maken
Het harnas en bijbehorende riem zijn correct afgesteld wanneer:
- Alle banden zijn correct ingesteld (niet te slap en niet te strak), zijn niet gekruist en zitten niet
gedraaid.
- Het bevestigingspunt is correct geplaatst ter hoogte van de schouderbladen.
- De borstband zit correct op het midden van de borstkas.
- De uiteinden van alle banden worden bijeengehouden in de elastische opberglussen.
CONTROLES
- Bij twijfel over de betrouwbaarheid van de uitrusting, deze niet gebruiken indien geen schriftelijke
toestemming is verkregen van een persoon die bevoegd is om te beslissen of de uitrusting (opnieuw)
gebruikt kan worden.
22