Publicidad
Idiomas disponibles
Idiomas disponibles
2. MONTAGE
GEVAAR! Lichamelijk letsel!
Verwondingsgevaar wanneer het product onopzettelijk
start.
v Trek de stekker van het product uit het stopcontact voordat
u het product monteert.
Greepbeveiliging verwijdere [ afb. A6 ]:
Vóór de eerste ingebruikname moet de greepbeveiliging
verwijderd.
1. Trek de opgestoken greepbeveiliging
2. Bewaar deze voor latere veiligheidsmaatregelen (bijv. voor transport
of opslag).
Aansluitmogelijkheden van de aansluitnippel [ afb. A1 ]:
De slang kan via de aansluitnippel
op het GARDENA steeksysteem worden aangesloten.
Grote slangdiameter
GARDENA Steeksysteem
Kleine slangdiameter
Bij gebruik van de grootste slangdiameter heeft de pomp de maximale
doorvoercapaciteit.
Pomp
Kleine slangdiameter
Art. GARDENA Slangklem
Gemiddelde slangdiameter
Art. GARDENA Slangklem
Grote slangdiameter
Art. GARDENA Slangklem
Bij gebruik van de 38 mm (1 1/2")-slang adviseren wij het gebruik van de
GARDENA platte slangset art. 5005 met 10 m slang en slangklem.
* Er wordt een extra aansluitnippel
Slang via de aansluitnippel aansluiten:
1. Bij gebruik van de grote slangdiameter snijdt u de aansluitnippel
(a)
er bij
af.
2. Schuif de slang over de aansluitnippel
3. Bevestig de slang bijv. met een GARDENA slangklem op de aansluit-
nippel
(4)
.
Slang via het GARDENA steeksysteem aansluiten:
Via het GARDENA-steeksysteem kunnen 19 mm (3/4")- / 15 mm (5/8")-
en 13 mm (1/2")-slangen aangesloten worden.
Wij adviseren geen kleinere slangdiameter dan 25 mm (1") te gebruiken,
omdat de doorvoercapaciteit anders duidelijk minder zal worden.
Slangdiameter
13 mm (1/2")
15 mm (5/8")
19 mm (3/4")
(4)
1. Snijd de aansluitnippel
2. Sluit de slang via het desbetreffende GARDENA steeksysteem op
(4)
de aansluitnippel
aan.
Pompaansluiting monteren [ afb. A5 ]:
GEVAAR! Lichamelijk letsel!
Snijwonden door het loopwiel.
v Gebruik de pomp alleen met het bochtstuk.
Met behulp van de vergrendelingen
slang probleemloos worden verbonden en losgemaakt.
1. Draai het bochtstuk
(1)
tot aan de aanslag met de wijzers van de
klok mee in de pomp (wanneer de slang horizontaal moet worden
gelegd, kan het bochtstuk
worden uitgedraaid).
2. Draai het verbindingsstuk
(4)
3. Druk de aansluitnippel
bochtstuk
(1)
tot dit hoorbaar en zichtbaar vastklikt.
De slang is stevig met de pomp verbonden.
GAR_09048-20.960.02_2024-01-09.indd 17
GAR_09048-20.960.02_2024-01-09.indd 17
(C)
worden
(C)
er naar buiten toe af.
(4)
op verschillende slangdiameters of
Nippel bij
(a)
afsnijden [ afb. A2 ]
(b)
Nippel bij
afsnijden [ afb. A3 ]
Nippel niet afsnijden [ afb. A4 ]
Art. 9048
25 mm (1")
Art. 7193
GARDENA Steeksysteem G 1"
* 32 mm (1 1/4") Art. 7194
38 mm (1 1/2")
Art. 7195
ß
voor 1 1/4"-slangen meegeleverd.
4a
(4)
.
Pompaansluiting
GARDENA Pomp- aansluitset
GARDENA Pomp- aansluitset
GARDENA Pomp- aansluitset
(b)
er bij
af.
(2)
op het bochtstuk
(1)
kan de
(1)
er weer tot maximaal een halve slag
(3)
in de aansluitnippel
(4)
.
van de slang tot aan de aanslag in het
3. BEDIENING
GEVAAR! Lichamelijk letsel!
Verwondingsgevaar wanneer het product onopzettelijk
start.
v Trek de stekker van het product uit het stopcontact voordat
u het product aansluit, instelt of transporteert.
Water pompen:
Wanneer de pomp niet via de greep kan worden neerge laten, moet de
pomp altijd met behulp van een touw
ß
Bevestig het touw
door dit aan de greep vast te knopen. Daarbij mag
R
(6)
de knop
niet worden ingedrukt. Minimale dompeldiepte bij ingebruik-
name, zie 7. TECHNISCHE GEGEVENS.
De pomp moet zodanig worden neergezet, dat de inlaatopeningen bij de
zuigvoet niet in z'n geheel of gedeeltelijk door verontreinigingen worden
geblokkeerd.
In een vijver dient de pomp bijv. op een baksteen te worden gezet.
Wanneer bij ingebruikname wordt aangezogen dicht bij het minimale
waterpeil, kan het langer duren voordat er water wordt aangezogen.
1. Dompel de pomp onder.
2. Steek de stekker van de pomp in het stopcontact.
Let op! De pomp kan, afhankelijk van de instelling van de vlotter-
schakelaar, direct starten.
Automatische modus met vlotterschakelaar [ afb. O2 ]:
Door de vlotterschakelaar
tes zelf bepalen. Voor een veilige werking moet de vlotterschake-
laar zich vrij rond de pomp kunnen bewegen.
Instellen van de in- en uitschakelhoogte [ afb. O2 ]:
De maximale inschakelhoogte en minimale uitschakel hoogte
(zie 7. TECHNISCHE GEGEVENS) kunnen worden aangepast,
door de kabel van de vlotterschakelaar in de vlotterschakelaar-
vergrendeling te drukken.
• Hoe hoger de kabel wordt vastgeklemd, des te hoger zijn in-
en uitschakelhoogte.
• Hoe korter de kabel tussen de vlotterschakelaar
deling van de vlotterschakelaar
(4)
hoogte en des te hoger wordt de uitschakelhoogte.
In- en uitschakelhoogtes in mm:
Zonder
vergrendeling
Uit
Schoon water
90
Vuil water
120
1. Druk de kabel van de vlotterschakelaar
van de vergrendeling van de vlotterschakelaar
2. Controleer of de pomp automatisch uitschakelt.
Art. 1750
Art. 1750
LET OP!
Art. 1752
Om ervoor te zorgen dat het in- en uitschakelen van de vlotter-
schakelaar gewaarborgd is, moet de kabellengte tussen vlot-
terschakelaar en vlotterschakelaarvergrendeling min. 10 cm
bedragen.
Handmatige modus [ afb. O3 ]:
De pomp werkt continu, omdat de vlotterschakelaar wordt
overbrugd.
1. Schuif de vlotterschakelaar
vergrendeling van de vlotterschakelaar
2. Plaats de pomp zodanig in het water dat deze stevig staat.
3. Steek de stekker van de pomp in het stopcontact.
Let op! De pomp begint direct te lopen.
De pomp loopt continu zonder droogloopbeveiliging vanwege de
overbrugde vlotterschakelaar. Om beschadigingen door drooglopen
te voor komen mag de pomp alleen onder toezicht worden gebruikt.
De min. resterende waterhoogte (zie 7. TECHNISCHE GEGEVENS)
wordt alleen met ingeschoven standvoet in de handmatige modus
bereikt, omdat de vlotterschakelaar de pomp al in de automatische
modus voortijdig uitschakelt.
ß
worden neergelaten [ afb. O1 ].
R
(5)
in te stellen, kunt u de schakelhoog-
(5)
en de vergren-
(A)
is, des te lager wordt de inschakel-
Bovenste
Middelste
vergrendeling
vergrendeling
Aan
Uit
Aan
Uit
Aan
500
150
340
130
320
550
200
380
180
360
(16)
in een van de openingen
(A)
.
(5)
met de kabel naar beneden op de
(A)
.
Onderste
vergrendeling
Uit
Aan
110
300
160
340
17
09.01.24 14:29
09.01.24 14:29
Publicidad
