x Crossfader-regelaar (bladzijde 12)
y MASTER (bladzijde 12)
z Hoofdniveau-aanduiding (bladzijde 12)
A BALANCE (bladzijde 13)
B MONO, STEREO (bladzijde 13)
C BOOTH MONITOR (bladzijde 13)
D START/ STOP (SNAPSHOT) (bladzijde 17)
E ON/ OFF (MIDI) (bladzijde 16)
F CH EQ (ISOLATOR, EQ) (bladzijde 12)
G CH FADER (
,
) (bladzijde 13)
H CROSS FADER (
,
12
Nl
,
) (bladzijde 13)
Basisbediening
Geluid weergeven
1
Druk op [POWER]
Schakel dit apparaat in.
2
Overschakelen met de [CD/DIGITAL, PHONO, LINE,
USB */*]-schakelaar
Kies de ingangsbronnen voor de diverse kanalen uit de componenten die op dit
apparaat zijn aangesloten.
— [CD/DIGITAL]: Kiest de DJ-speler die is aangesloten op de [CD]-
aansluitingen. Voor keuze van de DJ-speler die is aangesloten op de
[DIGITAL IN]-aansluiting, zet u de [CD, DIGITAL]-schakelaar op het ach-
terpaneel op [DIGITAL].
— [PHONO]: Voor keuze van een analoge muziekspeler aangesloten op de
[PHONO]-aansluiting.
— [LINE]: Voor keuze van een cassettedeck of CD-speler die is aangesloten
op de [LINE]-aansluitingen.
— [USB */*]: Voor keuze van het geluid van de computer die is aangesloten
op de [USB]-aansluitbus.
3
Draai aan [TRIM]
Regelt het niveau van de geluidssignalen die binnenkomen via elk kanaal.
Bij elk van de kanalen licht de kanaalniveau-indicator op wanneer er geluidssig-
nalen goed doorkomen voor dat kanaal.
4
Zet de kanaal-fader in de binnenste stand
Regelt het niveau van de geluidssignalen die worden uitgestuurd via elk kanaal.
5
Schakel over met de [CROSS FADER ASSIGN (A, THRU, B)]-
schakelaar.
Schakelt de uitgangsbestemming om, voor elk kanaal.
— [A]: Toewijzen aan [A] (links) van de crossfader.
— [B]: Toewijzen aan [B] (rechts) van de crossfader.
— [THRU]: Kies deze stand wanneer u de crossfader niet wilt gebruiken. (De
signalen passeren niet door de crossfader.)
6
Stel de crossfader in
Deze handeling is niet nodig wanneer [CROSS FADER ASSIGN (A, THRU, B)] staat
ingesteld op [THRU].
7
Draai aan de [MASTER]-regelknop.
Geluidssignalen worden uitgestuurd via de [MASTER1] en [MASTER2]-
aansluitingen.
De hoofdniveau-indicator licht op.
Bijregelen van de geluidskwaliteit
Draai aan de [EQ/ISO (HI, MID, LOW) ]-knoppen voor de
afzondelijke kanalen.
Zie Specificaties op bladzijde 28 voor het bereik van het geluid dat kan worden
bijgeregeld met elk van deze regelaars.
Omschakelen van de [EQ/ISO (HI, MID, LOW)]-functie.
Kies de stand van de [CH EQ (ISOLATOR, EQ)]-schakelaar.
— [ISOLATOR]: De isolatiefunctie wordt ingesteld. De aanduiding licht op.
— [EQ]: De equalizerfunctie wordt ingesteld.
Meeluisteren via een hoofdtelefoon
1
Sluit een hoofdtelefoon aan op de [PHONES]-aansluiting
2
Druk op [CUE] voor het kanaal dat u wilt beluisteren
3
Kies de stand van de [MONO SPLIT, STEREO]-schakelaar.
— [MONO SPLIT]: Het geluid van het kanaal waarvoor u op [CUE] drukt
wordt weergegeven via de linker oorschelp van de hoofdtelefoon en het
geluid van [MASTER] via de rechter oorschelp.
— [STEREO]: Het geluid van het kanaal waarvoor u op [CUE] drukt wordt in
stereo weergegeven door de hoofdtelefoon.
4
Draai aan de [MIXING]-knop.
Hiermee regelt u de balans van van het meeluistervolume tussen het geluid van
het kanaal waarvoor u op [CUE] hebt gedrukt en het geluid van het [MASTER]-
kanaal.
5
Draai aan de [LEVEL]-regelknop voor de [HEADPHONES].
De hoofdtelefoon geeft het geluid weer in het kanaal dat is gekozen via [CUE].