5.5 Elektrische aansluitingen
Alle handelingen van elektrische aard moeten uitgevoerd worden door personeel dat over wettelijke vereisten
beschikt, opgeleid en op de hoogte is van de risico's die aan deze activiteiten zijn verbonden.
De dimensionering en de kenmerken van de elektrische leidingen en de relatieve componenten moeten worden
bepaald door personeel dat bevoegd is om elektrische systemen te ontwerpen, volgens de internationale en nationale
voorschriften van de plaats van installatie van de eenheden, die voldoen aan de voorschriften die van kracht zijn op
het moment van installatie.
Raadpleeg verplicht het elektrische schema dat bij de eenheid geleverd is als het nodig is onderdelen buiten de
eenheid te installeren.
Het elektrische schema moet samen met de handleidingen zorgvuldig bewaard worden en beschikbaar gesteld
worden voor toekomstige werkzaamheden aan de eenheid.
Algemene informatie:
- de elektrische aansluitingen moeten tot stand gebracht worden in overeenstemming met de informatie die op het
elektrische schema staat dat bij de eenheid gevoegd is en met de voorschriften die van kracht zijn op de plaats
van installatie;
- de aardaansluiting is wettelijk verplicht;
- de installateur moet de aardkabel met gebruik van de speciale PE-klem aansluiten op de aardstang in het
elektrische schakelbord;
- controleer of de voedingsspanning overeenkomt met de nominale gegevens van de eenheid (spanning, aantal
fasen, frequentie) die op het plaatje staan dat op de eenheid aangebracht is;
- de standaard voedingsspanning (zie het specifieke elektrische schema) mag geen variaties van meer ±10%
ondergaan en het onevenwicht tussen de fasen moet altijd kleiner zijn dan 2%;
- de voeding van het controlecircuit is afkomstig van de vermogensleiding, via een transformator die zich in het
elektrische schakelbord bevindt; het controlecircuit wordt beschermd door speciale zekeringen;
- controleer of de voedingsleiding correct rechtsom aangesloten is op de fasevolgorde.
Deze apparatuur is in overeenstemming met IEC 61000-3-12, met betrekking tot de grenswaarden
voor harmonische stromen, op voorwaarde dat het kortsluitvermogen "Ssc", op het punt van de
verbinding tussen de voeding van de apparatuur en het openbare systeem, groter is dan of gelijk is
aan het vermogen dat wordt aangegeven in het bij het apparaat geleverde bedradingsschema.
Het is de verantwoordelijkheid van de installateur of de gebruiker van de apparatuur om ervoor
te zorgen, indien nodig in overleg met de distributienetbeheerder, dat de apparatuur alleen wordt
aangesloten op een voeding met een kortsluitvermogen "Ssc" dat groter is dan of gelijk is aan het
vermogen dat is aangegeven in het bij het apparaat geleverde bedradingsschema.
Voor de aansluiting van de voedingsleiding van het apparaat is er een blinde metalen flens aan de onderzijde van
de kast.
Voor de doorvoer van de voedingskabels moet de flens worden verwijderd en geboord voor de installatie van de
juiste kabelwartels.
Wij behouden ons het recht voor zonder voorgaande kennisgeving wijzigingen aan het ontwerp aan te brengen
UATYA
4P645202-1
Afb. 55 Voedingslijnflens (gezien van onder het elektrische paneel)
Vertaling van originele instructies
Packaged Rooftop
199