4.
Men hoort overdreven
geluiden en/of trillingen
tijdens het werk.
5.
Kleine autonomie van de
accu.
6.
De acculader laadt de
accu niet op.
13. OP AANVRAAG LEVERBARE ACCESSOIRES
13.1
KIT VOOR "MULCHING"
Snijd het gemaaide gras fijn en laat het op het gazon lig-
gen, als alternatief voor de opvang in de zak (voor machi-
nes die hiervoor voorzien zijn) (Afb.31).
13.2
ACCU'S
Er zijn accu's met verschillende vermogens beschikbaar,
aangepast aan specifieke operationele vereisten (afb.32).
De lijst van de voor deze machine gehomologeerde accu's
bevindt zich in de tabel 'Technische Gegevens'.
13.3
ACCULADER
Inrichting die gebruikt wordt voor het opladen van de accu
(afb.33).
Bevestiging van het maaimechanisme
losgekomen of maaimechanisme be-
schadigd.
Zware gebruiksconditie met grotere
stroomabsorptie.
Accu niet voldoende voor de werkbe-
hoeften.
Accu niet correct geplaatst in de accu-
lader.
Niet geschikte omgevingscondities.
Vuile contacten.
Geen spanning aan de acculader.
Defecte acculader.
Stop de motor onmiddellijk en verwijder de
contactsleutel.
Contacteer een dienstencentrum voor controle,
vervangingen of herstellingen (par. 8.1).
Optimaliseer het gebruik (par. 7.2.1).
Gebruik een tweede accu of een sterkere accu
(par. 13.2).
Controleer of de accu correct geplaatst is (par.
7.2.3).
Herlaad de accu in een omgeving met geschik-
te temperatuur (zie handleiding van de accu/
acculader).
Reinig de contacten.
Controleer of de stekker in het stopcontact
steekt en of er spanning aanwezig is in het
stopcontact.
Vervangen met een origineel wisselstuk.
Indien het probleem aanhoudt, raadpleeg de
handleiding van de accu / acculader.
NL - 12