In- En Uitschakelen Van De Pomp; Overige Aansluitingen; Signaalkabels; Pomp Besturing - Grundfos CRE Instrucciones De Instalación Y Funcionamiento

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 32

2.1.7 In- en uitschakelen van de pomp

Het in- en uitschakelen van de pomp via de netvoeding mag niet
meer dan 4x per uur bedragen.
Indien een hoger aantal in- en uitschakelingen gewenst wordt,
dient hiervoor de externe aan/uit ingang te worden gebruikt.
Wanneer de pomp via de netvoeding wordt ingeschakeld, zal
deze na ca. 5 sec. inschakelen.

2.2 Overige aansluitingen

De aansluiting van externe potentiaalvrije contact-ingangen voor
aan/uit schakelen, externe gewenste waarde signaal en relaissig-
naal zijn weergegeven in afb. 3.
Opm.: Indien geen externe aan/uit schakelaar wordt aangeslo-
ten, dienen de klemmen 2 en 3 met elkaar te worden verbonden.
Opm.: Als voorzorgsmaatregel dienen de aders van de volgende
groepen aansluitingen over hun gehele lengte door middel van
dubbele isolatie te zijn gescheiden en in aparte kabels te zijn on-
dergebracht:
1. Ingangen (extern aan/uit en gewenste waarde signaal, klem-
men 2 tot 6).
Alle ingangen (groep 1) zijn intern door dubbele isolatie en
elektrisch gescheiden van de netspanning en overige circuits.
Alle besturings-aansluitingen worden door een veilige lage
spanning gevoed (PELV), hiermee wordt de aanrakingsveilig-
heid zeker gesteld.
2. Uitgang (signaalrelais, klemmen NC, NO, C).
De uitgang (groep 2) zijn elektrisch gescheiden van de overige
circuits. Daardoor kan naar wens de voedingsspanning of een
veilige lage spanning op de uitgang worden aangesloten.
3. Voedingsspanning (klemmen L en N).
Een veilige elektrische scheiding moet aan de vereisten voor
dubbele isolatie inclusief kruipafstanden en vrije ruimten zoals
gespecificeerd is EN 50 178.
Afb. 3
Aarde (behuizing)
+10 VDC
Ingang gew. waarde
Aarde (behuizing)
Aan/uit
Signaalrelais
Voedingsspanning

2.3 Signaalkabels

Gebruik afgeschermde kabels met een minimale aderdoor-
snede van 0,5 mm² en een maximale aderdoorsnede van
1,5 mm² voor de externe aan/uit schakelaar en het gewenste
waarde signaal.
De kabelafscherming dient aan beide uiteinden van de kabel
met de behuizing verbonden te worden. De kabelafscherming
moet op degelijke wijze aan de behuizing worden bevestigd en
tot zo dicht mogelijk bij de klemmen te worden doorgevoerd,
zie afb. 4.
Afb. 4
De schroeven voor het bevestigen van de afscherming op de
behuizing dienen altijd te worden vastgedraaid ongeacht of er
wel of geen kabel aangesloten is.
De aansluitdraden in de klemmenkast dienen zo kort mogelijk
te worden gehouden.

3. Pomp besturing

Op de pomp kunnen externe signalen aangesloten worden voor
het op afstand verstellen van het pomptoerental.

3.1 Toerenregeling van de pomp

Het pomptoerental kan ingesteld worden via de gewenste waarde
ingang, klem 4.
Het is mogelijk hiervoor een 0-10 V signaal of een potentiometer
te gebruiken.
Afb. 5
Toerental
Gew. waarde
Potentiometer
Het pomptoerental kan tussen 24% en 100% worden ingesteld.

3.2 Aan/uit ingang

De pomp kan in- en uitgeschakeld worden doormiddel van een
extern potentiaalvrij contact, welke op klem 2 en 3 wordt aange-
sloten.
Functieschema: Aan/uit ingang:
Aan/uit (klemmen 2 en 3)
H
H
Aarde (behuizing)
+10 VDC
Ing. gew. waarde
Normaal bedrijf
Q
Uit
Q
45

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

CrieCrne

Tabla de contenido