Snijd voorzichtig de zijkanten van de doos tegenover
de hendel los en vouw de klep naar beneden, zoals
getoond.
Als de zijkant van de doos is opengesneden, verwijdert
u de kartonnen vulling, lader, accessoirezak en graszak
en duwt u de maaier uit de geopende kartonnen doos.
Waarschuwing! Scherp bewegend blad.
Houd lichaamsdelen uit de buurt van het blad.
Aanpassen van de hendel (fig. D)
De hoogte van uw maaihendel kan variabel worden
aangepast. Gebruik de volgende procedure om de
hendel naar de gewenste hoogte te brengen:
Verwijder beide zeskantmoeren en afdichtringen
(12) op het middelste deel van de hendel met een
moersleutel van 13 mm (dit staat gelijk aan een
moersleutel van ½ inch).
Verwijder de carrosseriebouten (13).
Schuif de bovenste hendel in een van de
3 aanpassingsposities. Zorg ervoor dat de gaten
in de bovenste en onderste hendel zijn uitgelijnd.
Breng de carrosseriebouten (13) weer aan met de
zeskantmoeren en afdichtringen (12) en draai ze vast.
De graszak monteren (fig. E & F)
Schuif de graszak (5) op het frame (14).
Monteer de klemmen aan de bovenkant van de graszak
aan het frame.
Monteer de twee zijklemmen aan het frame en zet
daarna de klem aan de onderkant vast.
Aanpassing wielhoogte (fig. G & H)
Uw maaier beschikt over het Black & Decker
One Touch-systeem voor aanpassing van wielhoogte.
Met dit systeem worden de vier wielen tegelijkertijd
aangepast.
De maaier heeft acht aanpassingsposities voor de hoogte
van het blad (25 mm tot 82 mm). Zie de schaalverdeling
en wijzer op de voorkant van de maaier. De wijzer geeft de
hoogte-instelling voor het maaien van uw gras aan. Deze
instelling kunt u als referentie gebruiken voor de volgende
keer dat u uw gras op dezelfde hoogte wilt maaien.
Laat de hendel (2) los om de grasmaaier uit te
schakelen, wacht tot het blad stopt en verwijder de
veiligheidssleutel (1).
Om de maaihoogte te verhogen of verlagen plaatst
u uw handpalm op de handsteun (15) en drukt u met
uw vingers de vingergreep (16) naar boven. Houd
deze vast.
Terwijl u de vingergreep (16) vasthoudt verhoogt of
verlaagt u de maaihoogte naar wens.
Als de maaier de gewenste hoogte heeft bereikt, houdt
u deze met uw linkerhand op de handgreep rechtsonder
op zijn plaats en laat u de vingergreep (16) los om de
hoogteaanpassing te vergrendelen.
Opmerking: Om ervoor te zorgen dat de maaier stevig
in een van de acht posities is vergrendeld, drukt u de
handsteun naar beneden wanneer u de vingergreep
heeft losgelaten.
De accu verwijderen (fig. I)
De accu (6) kan voor opslag/opladen uit de maaier worden
verwijderd of voor opladen in de maaier worden gelaten.
Voordat u de accu verwijdert:
Plaats de maaier op een vlak oppervlak.
Laat de handgreep (2) los om de maaier uit te
schakelen, wacht tot het blad stopt en verwijder
de veiligheidssleutel (1).
De accu verwijderen:
Til de hendel (8) op en draai deze weg van de accu om
de klem (9) te ontgrendelen. Til de accu uit de maaier.
Zorg er voordat u accu installeert voor dat de maaier vrij is
van grasresten en dat de oplaadstekker (20) is losgekoppeld
van de accu (6).
De accu opladen (fig. J - L)
Opmerking: Voordat u de accu gebruikt moet u deze eerst
opladen.
De accu kan voor het opladen uit de maaier worden
verwijderd, maar hij kan ook op zijn plek worden opgeladen.
Laat de hendel (2) los om de grasmaaier uit te
schakelen, wacht tot het blad stopt en verwijder
de veiligheidssleutel (1).
Lijn de groene (+) en witte (-) connectoren uit en
plaats de oplaadstekker (20) in de aansluiting (17)
op de maaier of verwijder de accu en plaats de
oplaadstekker (20) in de aansluiting (19) op de accu.
De oplaadstekker (20) kan slechts op een manier
in de aansluiting op de maaier worden geplaatst.
Plaats de 240 Volt-stekker van de lader in een
stopcontact met netstroom (fig. L).
Het rode lampje (21) op de lader (22) gaat branden
om aan te geven dat de accu wordt opgeladen.
Als het rode lampje niet aan is, moet u controleren
of de oplaadstekker goed is uitgelijnd.
Als het opladen is voltooid gaat het rode lampje (21) uit
en gaat het groene lampje (23) branden.
NEDERLANDS
55